Aan
Na succesvolle activering van het deelgebied vindt een akoestische bevestiging
van de draadloze buitensirenes plaats.
Uitgangen van het type “Sirene” worden voor 10s na succesvolle activering van het
deelgebied geschakeld.
Uit
Na succesvolle activering van het deelgebied vindt geen akoestische bevestiging
van de draadloze buitensirenes plaats.
Aan
Na succesvolle deactivering van het deelgebied vindt een akoestische bevestiging
van de draadloze buitensirenes plaats.
Uitgangen van het type “Sirene” worden voor 10s na succesvolle activering van het
deelgebied geschakeld.
Uit
Na succesvolle deactivering van het deelgebied vindt geen akoestische bevestiging
van de draadloze buitensirenes plaats.
Tijdindicatie voor de looptijd van de interne sirene(s) in minuten na een
inbraakalarm.
De sireneduur kan tussen 0 en 20 min worden ingesteld.
Als signaalgevers aan meerdere deelgebieden toegewezen zijn, gebruikt de
centrale de langste sireneduur van de betrokken deelgebieden.
De tijd waarin de signaalgevers actief zijn kan ook worden verlengd met de langste
sirenevertraging van de toegewezen deelgebieden.
Opmerking
Interne sirenes werken na een brand of een overvalalarm om veiligheidsredenen
altijd tot het bevestigen van het alarm door een gebruiker.
Uit veiligheidsoverwegingen is er bij een technisch alarm of overvalalarm geen
tijdbegrenzing.
Speciaal gedrag bij gebruik van de ingangsvertraging:
Voorwaarde
De interne signaalgevers (alarmcentrale, draadloze binnensirene, draadloze
infomodule) zijn na afloop van de interne sirenetijd weer stil.
De centrale heeft zich automatisch weer geactiveerd.
(zie ook “Installateursmodus Systeem -> Veiligheid Systeem automatisch
inschakelen”)
Gedrag
Als u nu het ingangsbereik betreedt (melders van het type “In-/uitgang” en
“Ing. volgend” worden geopend) geven de interne signaalgevers (alarmcentrale,
draadloze binnensirene, draadloze infomodule) een alarmsignaal uit.
De normale ingangstoon wordt in dit geval niet gesignaleerd.