Copyright © Acronis, Inc., 2000-2010 11
Onderdelen van een back-uparchief
Archief: de volledige verzameling back-upbestanden die door één enkele back-uptaak wordt
beheerd. Een archief kan een of meer segmenten bevatten.
Segment: de verzameling bestanden die wordt gecreëerd telkens als de taak wordt uitgevoerd. Het
aantal segmenten is altijd gelijk aan het aantal keren dat de taak wordt uitgevoerd. Eén segment
vertegenwoordigt de staat van het systeem of de gegevens op een welbepaald tijdstip in het
verleden.
Volume: het tib-bestand dat bij een segment hoort. Doorgaans is er maar één volume per segment.
Een segment kan echter ook uit meerdere volumes bestaan. Wanneer u bij de taakopties
bijvoorbeeld hebt ingesteld dat u het archief wilt splitsen, wordt elk segment automatisch in
meerdere bestanden gesplitst. Daar komt nog bij dat het programma een segment automatisch in
verschillende bestanden van telkens 4 GB splitst (behalve het laatste bestand) wanneer u een grote
back-up maakt op een harde schijf die met het FAT32-bestandssysteem is geformatteerd. Deze
bestanden zijn de afzonderlijke volumes van het segment.
Momentopnames
Acronis True Image Home maakt gebruik van zogeheten 'momentopnames' wanneer u een image
maakt van een schijf. Hierdoor kan het programma altijd back-ups maken van uw systeempartitie,
zelfs terwijl Windows wordt uitgevoerd en bestanden voor lezen en schrijven zijn geopend, zonder
dat u de computer opnieuw hoeft op te starten. Zodra het programma een back-up begint te maken
van de systeempartitie worden alle bewerkingen op die partitie tijdelijk opgeschort, zodat er een
momentopname kan worden gemaakt van de partitie. Het maken van deze momentopname duurt
gewoonlijk maar enkele seconden. Nadat de momentopname is gemaakt, kunt u gewoon verder
werken met de pc terwijl er een back-up wordt gemaakt van de partitie en zult u niets abnormaals
opmerken in de werking van het besturingssysteem.
Het Acronis-stuurprogramma blijft echter actief tijdens het hele back-upproces. Telkens als het
stuurprogramma vaststelt dat er een schrijfbewerking wordt uitgevoerd op de desbetreffende
partitie, controleert het of er al een back-up is gemaakt van de overeenkomstige sectoren. Als dat
niet zo is, slaat het stuurprogramma de gegevens in de sectoren die zullen worden overschreven in
een speciale buffer op, waarna het toestaat dat die sectoren worden overschreven. Vervolgens
maakt het programma een back-up van de sectoren die in de buffer zijn opgeslagen om zeker te
stellen dat het uiteindelijke back-upbestand van alle sectoren op de partitie een back-up bevat, en
wel in de staat waarin deze sectoren zich bevonden op het moment dat de momentopname werd
gemaakt. Zo wordt gewaarborgd dat uiteindelijk een exacte kopie of 'image' van de partitie ontstaat.
Bestandsindeling van back-ups
Acronis True Image Home slaat de gegevens waarvan een back-up wordt gemaakt gecomprimeerd
op in de standaardindeling van het programma, dat wil zeggen als tib-bestand (*.tib). Dit bespaart
niet alleen schijfruimte, maar waarborgt ook dat de bestanden achterwaarts compatibel zijn met
back-ups die met eerdere versies van het programma zijn gemaakt. Het programma berekent
automatisch de controlesomwaarden voor gegevensblokken terwijl een tib-bestand wordt gemaakt
en voegt deze waarden toe aan de gegevens waarvan een back-up wordt gemaakt. Aan de hand van
deze controlesomwaarden kan de back-up achteraf op fouten worden gecontroleerd. Het feit dat het
programma een eigen bestandsindeling gebruikt voor back-ups betekent echter ook dat u de
gegevens uit dergelijke back-ups alleen met Acronis True Image Home zelf kunt terugzetten – hetzij
rechtstreeks vanuit Windows hetzij vanuit de herstelomgeving.