38
Klimaatklasse Omgevingstemperatuur
SN +10 ..,+32 °C
N +16 ..,+32 °C
ST +18 ..,+38 °C
Als de omgevingstemperatuur te laag is, kan de temperatuur in de koelruimte
te hoog worden.
Als de omgevingstemperatuur te hoog is,
moet de compressor langer werken, de
temperatuur in de diepvriezer stijgt en er
wordt meer energie verbruikt.
Het apparaat moet waterpas staan.
Daartoe kunt u de stelvoeten (1) aan de
voorzijde verstellen. De afstandsringen (2)
zijn onderdeel van de stelvoeten. Als het
apparaat waterpas moet worden gezet,
kunnen deze afstandsringen worden
verwijderd.
Zet het apparaat niet direct in de zon of dicht bij een verwarming of fornuis.
Is opstelling naast een warmtebron niet te vermijden, dan moeten de
volgende minimale afstanden worden aangehouden:
Naast een gas- of elektrisch fornuis 3 cm. Als de afstand kleiner is, plaats
dan een warmte-isolerende plaat van
0,5 tot 1 cm dik tussen de twee
apparaten.
Naast een olie- of kolenkachel 30 cm.
De koelkast moet geheel tegen de muur
staan.
Houd de minimale afstanden aan (zie
afb.)
A: opstelling onder een keukenkastje
B: vrije opstelling