Gebruiksaanwijzing
14
Voordat u de machine in gebruik neemt
Alvorens de afwasmachine in gebruik te nemen, moet u:
1. controleren of de machine volgens de aanwijzingen is aangesloten
2. alle transportbeveiligingen uit de machine verwijderen
3. de waterontharder instellen
4. 1 liter water in het zoutreservoir gieten en het daarna met
zout vullen
5. het glansmiddelreservoir vullen
Waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een automatisch werkende
ontharder die kalkafzetting op het servies en in de machine voorkomt.
Hoe meer kalk het leidingwater bevat, des te harder is het.
De waterhardheid wordt gemeten in verschillende schalen (zie tabel).
Stel de waterontharder op de plaatselijke waterhardheid in. Informatie
daarover kunt u krijgen bij het waterleidingbedrijf.
De waterontharder moet op twee manieren worden ingesteld: met de
hand, met de hardheidsregelaar en elektronisch, met toets OPTION:
optie WATERHARDHEID.
Instelling waterontharder
10
9
8
7
6
3
1
geen zout
nodig
handmatig
elektronisch
2
1
2
Waterhardheid
51 - 70
43 - 50
37 - 42
29 - 36
23 - 28
9,0 - 12,5
7,6 - 8,9
6,5 - 7,5
5,1 - 6,4
4,0 - 5,0
IV
11 - 14 1,9 - 2,5 II
< 4 < 0,7 I
4 - 10
0,7 - 1,8 I/II
19 - 22
15 - 18
3,3 - 3,9
2,6 - 3,2
III
5
4
10
9
8
7
6
3
1
Indicatie
op de
multidisplay
2
5
4
°dH
(Duitse graad)
mmol/l
(millimol per liter,
internationele
eenheid voor
waterhardheid)
Bereik