57
Juist bewaren
In de koelruimte heersen, fysisch bepaald, diverse temperaturen. De
laagste temperatuur heerst op de onderste legvlakken. Warmer is het
op de bovenste legvlakken en in de vakken in de deur. Waar in de koel-
ruimte de juiste tempera-
tuur heerst voor de diverse
soorten levensmiddelen
laat het voorbeeld hier-
naast zien.
Tip: Levensmiddelen die-
nen altijd afgedekt of ver-
pakt in de koelruimte
gezet te worden om uitdr-
ogen en geur- of smaak-
overdracht op andere arti-
kelen te voorkomen.
Voor het verpakken zijn geschikt:
– vershoudzakken en -folies van polyethyleen;
– kunststof dozen met deksel;
– speciale kappen van kunststof met rubber band;
– aluminiumfolie.
Invriezen en diepvriesproducten bewaren
Het vriesvak dient voor het invriezen en diepgevroren bewaren van
levensmiddelen.
Attentie!
• Voor het invriezen van levensmiddelen alsmede voor het bewaren
van reeds bevroren diepvriesartikelen dient de temperatuur in het
vriesvak –18°C of lager te zijn (zie de tabel in hoofdstuk "In gebruik
nemen en temperatuurregeling").
• Let op het op het typeplaatje aangegeven invriesvermogen. Het
invriesvermogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen
24 uur ingevroren kan worden. Als er gedurende meerdere dagen
achter elkaar ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de
hoeveelheid aangegeven op het typeplaatje.
• Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte
leidt tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.