56
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik geno-
men wordt.
Let op!
• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof
onderdelen aantasten, bijv.
- sap van citroen– of sinaasappelschillen;
- boterzuur;
- schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten.
Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonder-
delen.
• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.
Koelartikelen er uit halen. Alles afgedekt op een koele plaats leggen.
Apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen of de zeke-
ring in de huisinstallatie uitschakelen.
Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonmaken.
Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken.
Daarna met schoon water afnemen en droogmaken.
Stof op de condensor verhoogt het energieverbruik. Daarom eenmaal
per jaar de condensor aan de achterkant van het apparaat met een
zachte borstel of met de stofzuiger voorzichtig schoonmaken.
☞
☞
☞
☞
Het dooiwater afvoergat aan de ach-
terwand van de koelruimte controle-
ren. Een verstopt dooiwater afvoer-
gat met behulp van het groene stop-
je dat met het toestel is meegeleverd
de opening schoonmaken.
☞
Als alles droog is, de levensmiddelen er weer in doen en het apparaat
weer in bedrijf nemen.
☞