14
Reiniging en onderhoud
Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant met toe-
behoren geregeld gereinigd te worden.
Waarschuwing!
• Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electrikiteits-net
aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoonmaken het
apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of schakel c.q. draai de
zekering er uit.
• Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er kan
vocht in de elektrische onderdelen komen. Gevaar voor schokken! Hete
damp kan kunstoffen onderdelen beschadigen.
• Het apparaat dient droog te zijn voordat het weer in gebruik genomen
wordt.
Let op!
• Etherische oliën en organische oplosmiddelen kunnen kunststof onderde-
len aantasten, bijv.
– Sap van citroen– of sinaasappelschillen;
–boterzuur;
– schoonmaakmiddelen die azijnzuren bevatten.
Dergelijke substanties niet in contact brengen met apparaatonderdelen.
• Geen schurende schoonmaakmiddelen gebruiken.
1. Koel– en diepvriesartikelen er uit halen. Diepvriesartikelen in meerdere
lagen kranten verpakken. Alles afgedekt op een koele plaats leggen.
2. Vriesvak voor het schoonmaken ontdooien (zie hoofdstuk “Ontdooien”).
3. Apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen of de zeke-ring
uitschakelen c.q. er uitdraaien.
4. Apparaat en interieur met een doek en lauwwarm water schoonmaken.
Eventueel een beetje normaal afwasmiddel gebruiken.
5. Daarna met schoon water afnemen en droogmaken.
Stof op de condensor verhoogt het energieverbruik. Daarom eenmaal per
jaar de condensor aan de achterkant van het apparaat met een zachte bor-
stel of met de stofzuiger voorzichtig schoonmaken.
6. Het dooiwater-afvoergat aan de achterwand van de koelruimte controle-
ren. Een verstopt dooiwater-afvoergat met behulp van het groene stopje
dat met het toestel is meegeleverd schoonmaken.
7. Als alles droog is, de levens-middelen er weer in doen en het apparaat weer
in bedrijf nemen.
39
Installazione
Luogo d’installazione
L’apparecchio deve essere collocato in un luogo ben aerato ed asciutto.
La temperatura ambientale ha un notevole effetto sul consumo di corren-
te.
Pertano l’apparecchio dovrebbe
– non essere esposto direttamente ai raggi solari;
– non essere messo accanto ad elementi di calore oppure ad un forno o altre
simili fonti di calore;
– essere messo in un luogo la cui temperatura ambientale corrisponda alla
classe climatica per la quale é stato concepito.
La classe climatica é riportata sulla targhetta matricola situata a sinistra nel-
l’interno della cella refrigerante..
La seguente tabella mostra quali temperature ambiente sono state asse-
gnate alle classi climatiche:
Classe climatica per temperature ambientali di
SN +10 fino +32 °C
N +16 fino +32 °C
ST +18 fino +38 °C
T +18 fino +43 °C
Nel caso sia inevitabile effettuare l’installazione accanto ad un fonte di calo-
re, é necessario mantenere le seguenti distanze minime:
– dai forni elettrici 3 cm;
– dai forni a nafta e carbone 30 cm.
Nel caso non possano essere mantenute queste distanze, é necessario inse-
rire una piastra di protezione contro il calore tra il forno e l’apparecchio
refrigerante.
Se l’apparecchio refrigerante è posto accanto ad un altro apparecchio refri-
gerante oppure congelante é necessario mantenere una distanza laterale di
5 cm, allo scopo di evitare che si possa formare della condensa sui lati ester-
ni degli apparecchi.
posteriormente il vetro e spingerlo in avanti fino a quando non si libera e
togliere i fermi.
L’apparecchio nonché gli accessori interni sono protetti per il traporto
• Rimuovere dall’interno dell’apparecchio tutti i nastri adesivi nonchè i pez-
zi di imbottitura.