15
NEDERLANDS
Nummer Aantal Onderdeel Grootte
None 1 Schroef ST4*25mm
None 2 Moeren M6
Uitpakken van het apparaat
• Neem het apparaat uit de verpakking.
• Verwijder het verpakkingsmateriaal zoals folies, vulma-
teriaal, kabelhouders en kartonverpakking.
• Controleer de leveringsomvang.
OPMERKING:
Er kunnen nog productieresten aan het apparaat zitten.
Wij adviseren, de behuizing even met een vochtige doek
af te vegen.
Montageaanwijzingen
Het apparaat dient voor gebruik volledig gemonteerd
te zijn! We raden u aan de afbeeldingen “Overzicht“ en
“Montage“ tijdens het in elkaar zetten te bestuderen.
Standaard (Afb. a – c)
1. Schroef de buizen (7) op de standaard (13). Gebruik
de vier schroeven (12), de metaalplaat (14), en de vier
moeren (15).
2. Monteer de behuizing (16) aan de buizen.
OPMERKING:
De moeren en schroeven (17) zijn voorgemonteerd aan
de achterzijde van de schakelaarbehuizing.
3. Controleer of de schroeven (17) misschien te ver zijn
ingeschroefd. Schroef ze in dit geval weer iets terug.
Schroef ze er niet helemaal uit!
OPMERKING:
Als een schroef of bout valt, ga dan als volgt verder:
• Houd de voorgemonteerde eenheid (motor (18),
schakeleenheid (6) en luchtbevochtiger (10)) met
de motor naar beneden.
• Plaats één moer (M6) in beide groeven aan de
zijkant van de buis.
• De moeren en schroeven (17) zijn voorgemon-
teerd aan de achterzijde van de schakelaarbehui-
zing.
4. Plaats de voorgemonteerde eenheid met een overlap
van ongeveer 3 cm op de statiefbuizen.
OPMERKING:
De kabel van de bevochtiger dient tussen de twee
buizen heen te lopen.
Maak de voorgemonteerde eenheid vast aan de buizen
door de twee schroeven (17) vast te draaien.
5. Maak de voet van de luchtbevochtiger
(10) met de lange schroef (ST4*25mm)
aan de vloerplaat van de standaard
vast. Doe dit door de schroef van
onderuit door het midden van de
vloerplaat in het buitenste gat te
duwen. (Afb. rechts)
Ventilator (Afb. d)
6. Draai de voorgemonteerde moer (20) los van de motor
(18). Houd deze bij de hand.
7. Breng de achterzijde van de ventilator (19) in lijn met
de motor (18).
OPMERKING:
De hendel moet naar boven wijzen.
8. Draai de moer (20) aan de achterzijde van de ventila-
tor rechtsom vast.
9. Monteer de luchtschroef (3). Gebruik hierbij de gelei-
denaald op de motoras.
10. Draai de moer (21) op de luchtschroef linksom vast.
11. Draai de voorgemonteerde schroef en moer (5) van de
voorzijde van de ventilator (22) los. Houd deze bij de
hand.
12. Open de bevestigingshaken (2) aan de voorzijde van
het beschermingsrooster.
13. Monteer de voorzijde van de ventilator door de groef
in de haak (1) op één lijn te brengen met de achter-
zijde van de ventilator.
OPMERKING:
De gaten voor de schroef (5) in de voor- en achter-
zijde van de ventilator dienen op één lijn te liggen.
14. Maak de ventilatorbehuizing vast met de schroef en
de moer (5).
15. Sluit de vier klemmen (2).
Luchtbevochtiger (Afb. e – f)
De slang kan al aan de schakeleenheid gemonteerd zijn.
Ga in dit geval verder met de montage bij punt 18.
16. Leid de slang (8) van voor naar achteren tussen de
twee buizen door (7). Steek dan de slang van onderen
door de opening aan de onderzijde van de schakelaar-
behuizing (6).
OPMERKING:
Het einde van de slang met het reservoirdeksel
dient aan de voorzijde boven de luchtbevochtiger te
zitten.
17. Leid de slang van achter naar voren door het gat aan
de bovenzijde van de schakelaarbehuizing.
18. Trek de slang aan zodat deze vlak tegen de achterzijde
van de schakelaarbehuizing aanzit.