27
Waterstroom tapwater
Het door de warmtewisselaar (622) opgewarmde
tapwater, zal zich boven in het opslagvat (604) verzame-
len. Indien er een warmtapwater vraag is zal het warme
water via de warmtapwaterbuis (620) en de warm
tapwaterleiding (610) het opslagvat verlaten, en naar de
naverwarmer stromen. Gelijktijdig zal er via de tapwater
inlaat (609) vers tapwater worden aangevoerd. De, bij de
instroomzijde bevestigde stromingsbreker zorgt er voor
dat er geen opmenging van warm en koud water
plaatsvindt, tijdens het instromen van vers tapwater.
Waterstroom door de zonnecollector
Indien de pomp (613) wordt aangestuurd, wordt het
water uit het terugloopvat (621) via het vulstuk (612) en
de aansluitknie (614) door leidingen naar de collector
getransporteerd. Het terugloopvat (621) is zo
gedimensioneerd dat er altijd een minimale hoeveel-
heid water in blijft staan.
In de zonnecollector wordt het water opgewarmd door
opname van de ingestraalde zonlicht. Na het verlaten
van de zonnecollector stroomt het water via de collector
aanvoer (601) in de warmtewisselaar (622). In de
warmtewisselaar (622) wordt de warmte overgedragen
aan het tapwater in de boiler. Vervolgens stroomt het
water in het terugloopvat (621).
Vorstbeveiliging
Als de collector temperatuur (605) 3°C of minder is
wordt de aanschakel differentiaal met 15K verhoogt.
Zodra de collector temperatuur boven de 3°C stijgt wordt
de verhoogde inschakeldifferentiaal nog 24 uur aan-
gehouden.