26
16.2 Controle instructies
Bypass
Als op aansluiting DO3H tussen Len N 230V AC
gemeten wordt, moet de klep open zijn/gaan.
Als op aansluiting DO4H tussen Len N 230V
gemeten wordt, moet de klep dicht zijn/gaan.
Controleer de verbindingen van de besturingsprint
naar de bypass (steker).
Toevoer- en afvoerventilator
Controleer de ventilator op vervuiling of mechani-
sche beschadigingen.
Controleer bij een E1 en/of E2 storing de bedra-
ding. Indien correct dan is de ventilator defect.
De voedingsspanning voor de ventilatoren bedraagt
48V DC. De stuurspanning voor de ventilatoren ligt
tussen 0 en 10V DC. Deze spanning kan gemeten
worden op de besturingsprint op AO1Lof AO2Ltus-
sen "+" en GND.
Driestandenschakelaar
Controleer de werking van de schakelaar als volgt;
Haal op de besturingsprint de draden L2 en L1 los.
De ventilatoren draaien in stand 1.
Verbind op de besturingsprint de draden L3 en L2.
De ventilatoren draaien in stand 2.
Verbind op de besturingsprint de draden L3 en L1.
De ventilatoren draaien in stand 3.
Printen
Indien de ventilatoren op de keuzeschakelaar
reageren en de display geeft geen of vreemde
gegevens, dan is de display defect. Controleer ook
de verbinding tussen besturingsprint en display.
Indien de ventilatoren niet op de keuzeschakelaar
reageren en de display geeft geen gegevens dan is
de besturingsprint of display (bedieningspaneel)
defect.
Indien de besturingsprint wordt vervangen moet het
apparaat opnieuw ingeregeld worden.
PTC-voeler
Controleer de plaatsing van de voeler en de bedra-
ding. Indien correct moet de voeler vervangen te
worden.
Wisselaar
Controleer of de wisselaar beschadigd of vervuild
is. Zie hoofdstuk 15: onderhoud.
Filters
Bij filterstoring, de filters uitnemen, schoonmaken
en indien noodzakelijk vervangen.
Terugstroombeveiliging
Indien de Econpact wordt afgeschakeld doordat de
terugstroombeveiliging is geactiveerd, kan dit wor-
den veroorzaakt door vervuiling of beschadiging
van de terugstroomklep of door een beschadiging
van het rookgaskanaal. Beide items moeten geïn-
specteerd worden door de installateur voordat de
installatie weer in bedrijf wordt genomen.