50
GROEP 2
Vanaf 15 kg kunnen kinderen direct
door de veiligheidsgordels van de auto
worden beschermd.
Kinderen moeten zo in de kinderzitjes
worden geplaatst, dat het diagonale gor-
delgedeelte schuin over de borst en niet
langs de nek moet liggen. Het horizonta-
le gordelgedeelte moet over het bekken
en niet over de buik van het kind liggen
(fig. 36).
GROEP 3
Vanaf 22 kg kunnen kinderen op een kus-
sen vervoerd worden (fig. 37). De borst-
omvang is dan van dien aard dat de kinde-
ren gewoon tegen de rugleuning kunnen
steunen en niet meer in een kinderzitje hoe-
ven te worden vervoerd. Kinderen die langer
zijn dan 1,50 m kunnen net zoals volwasse-
nen de veiligheidsgordels omleggen.
Hieronder worden de veiligheids -
normen voor het vervoeren van
kinderen aangegeven.
1)Plaats het kinderzitje bij voorkeur op
één van de zitplaatsen achter omdat de-
ze plaatsen bij een ongeval de meeste
bescherming bieden.
2) Vervoer kinderen nooit op de stoel
van de passagier voor als deze is uitge-
rust met een airbag.
3) Als de airbag buiten werking wordt
gesteld, bij uitvoeringen waarbij dit moge-
lijk is, moet altijd gecontroleerd worden
of het systeem ook daadwerkelijk is uitge-
schakeld. Het betreffende gele waarschu-
wingslampje op het instrumentenpaneel
moet branden.
4) De afbeeldingen in dit boekje geven uit-
sluitend richtlijnen; Houdt u bij de montage
van het kinderzitje strikt aan de instructies.
De fabrikant is verplicht deze instructies bij te
leveren. Bewaar de instructies samen met
het instructieboekje in de auto. Monteer
geen gebruikte kinderzitjes waarvan de ge-
bruiksaanwijzingen ontbreken.
5) Controleer of de gordels goed zijn
vastgemaakt door aan de gordelband te
trekken.
6) Ieder veiligheidssysteem is bedoeld
voor slechts één kind: vervoer nooit twee
kinderen in één systeem.
7) Controleer altijd of de gordel niet
langs de nek van het kind loopt.
8) Zorg er tijdens de rit voor dat het
kind geen afwijkende houding aanneemt
of de gordels losmaakt.
9) Vervoer kinderen nooit in uw armen,
ook geen pasgeboren kinderen. Niemand is
sterk genoeg om ze bij een ongeval vast te
houden.
10) Na een ongeval moet het zitje door
een nieuw exemplaar worden vervangen.
P4Z00047
fig. 36
De afbeelding geeft
uitsluitend richtlijnen
voor de montage. Mon-
teer het wiegje volgens de in-
structies die de fabrikant ver-
plicht is bij te leveren.
P4Z00048
fig. 37