links van de deler zit, als eerste zijn spel mag roepen. Als dit spel gekozen is,
mag hij/zij als eerste een kaart opgooien. Het delen verschuift elk nieuw potje
naar de volgende speler, met de klok mee. De speler die het vorige potje won
of verloor, wordt dus niet de deler, zo komt iedereen een keer "voorop" te
zitten. De slagen die men haalt in een pot worden netjes weggelegd. De
gebruikte deelvolgorde is 6-7 of 4-5-4 afhankelijk van waar je het speelt.
Schudden
In tegenstelling tot vrijwel elk ander kaartspel, worden bij rikken de kaarten
een keer overgehaald (ook wel heffen genoemd), in plaats van geschud. Dit
zorgt ervoor dat de kaarten bij elkaar blijven, zodat de kans op een goede
hand vergroot wordt. Vaak wordt er de eerste ronde gestoken. Met name
wanneer er ook andere kaartspelen met de stok gespeeld worden. Dit houdt
in dat iedereen de kaarten op kleur legt en terug geeft aan de deler. Deze
deelt ze opnieuw, nadat hij ze een keer overgehaald heeft.
Spelen om geld
Om het spel een beetje serieus te houden, kan men een geldprijs per bieding
hanteren.
Malheur/Troela
In Brabant hanteert men dit vaak als hoogste bod en gaat dus boven alles. Er
bestaan echter vele manieren om troela te spelen.
Diegene die 3 azen in zijn of haar hand heeft kan dit bod doen (geen 4 azen -
in sommige plaatsen is het melden van de malheur/troela verplicht). Nu dient
diegene die de 4e aas heeft zich te melden en is tevens meteen de maat. Dit
is dus de enige spelvorm waarbij de maat al vooraf bekend is. In feite is het
niets anders dan normaal rikken maar met dit verschil: de maat moet nu de
troef bepalen in plaats van de "rikker" en hij mag geen troef maken met de
aas die hij zelf heeft (de gevraagde aas). Het gevaar is natuurlijk dat de maat
geen goede kaarten heeft om te kunnen rikken maar dat is de gok. Wel heeft
men samen alvast alle 4 de azen, maar dit spel kan vaak anders uitpakken
dan men verwacht.
De puntentelling is gelijk aan dat van normaal rikken. Soms rekent men dit
spel dubbel. In sommige regionen moet men als men 4 azen heeft, ook troela
spelen, hierbij is de maat dan degene met harten heer, of moet degene met
de troela een heer meevragen.
Een andere vorm: De maat met de vierde aas moet uitkomen met deze aas,
en deze soort is dan ook troef. Meestal moet men dan minstens 9 slagen
halen in plaats van 8.
Nog een andere vorm: de soort van de 4e aas is automatisch en pas dan
troef als de 4e aas op tafel komt. De 4e aas hoeft niet per se gespeeld te