Verbindingsstuk
De verbinding tussen de kachel en de schoorsteen moet goed afgedicht worden zonder de
rookgassen of het vegen van de schoorsteen te hinderen.
Luchttoevoer
In de ruimte waar de kachel wordt geplaatst dient voldoende verse lucht te worden
toegevoerd voor het verbrandingsproces in de kachel. Bij goed geïsoleerde woningen of
woningen voorzien van mechanische ventilatie dient een opening gemaakt te worden naar
de buitenlucht waardoor de luchttoevoer gewaarborgd wordt.
Ondergrond
Plaats de kachel op een voldoende stevige en stabiele ondergrond. Het materiaal van de
vloer dient onbrandbaar te zijn. Is dit niet het geval dan adviseren wij u een vloerplaat van
bijvoorbeeld staal of glas toe te passen. Deze plaat moet voldoende grootte hebben en te
voldoen aan de plaatselijk gestelde eisen. Zie guur A.
Afstand tot wanden, meubels en andere materialen
- Minimale afstanden tot wanden aanhouden als weergegeven is in guur A.
- Vanaf de achterzijde van de kachel tot de wand dient 10 cm aangehouden te worden. Een
kleinere afstand is niet mogelijk in verband met de convectie warmte en luchttoevoer.
- Voor brandbare materialen welke in het directe bereik staan van de warmtestralen door
het venster geldt een veiligheidsafstand van 2 meter.
- Voor buiten het stralingsbereik van het venster geplaatste brandbare materialen en
meubels geldt een veiligheidsafstand van 60 centimeter tot de kachel.
Controle afzonderlijke delen
Controleer voor het eerste gebruik of alle afzonderlijke delen in de kachel zich op de juiste
plaats bevinden en dat de kachel niet beschadigd is.
3