American Audio - www.americ anaudio.eu – DCD-PRO3 10 MKII™ – Gebru ikershandleiding pagina 4
Belangrijke veiligheidsinstructies
LET OP!
Gevaar voor elektrische
schok! Niet openen!
Dit symbool waarschuwt d e gebrui ker voor
ongeïsoleerde onderdelen in het apparaat waar
spanning o p staa t. Het n egeren van dit s ymbool ka n
ernstig l etsel, e en ongeval of de d ood tot gevo lg
hebben.
Pas op: teneinde het risico van een elektrische schok
te verkleinen mag de behu izing niet worden geopend.
Reparaties o f v eranderingen m o gen n iet d oor
gebruikers worden uitgevoerd. W endt u zich tot een
erkende American Audio dealer.
Dit symbool geeft aan dat er in de handleiding
belangrijke informatie staat v oor gebruik en
onderhoud. Het n egeren v an dez e i nformatie k an
leiden tot persoonlijk l etsel of beschadi ging van het
product.
BELANGRIJKE VE ILIGHEIDSINST RUCTIES
AARDING EN P OLARITEIT
⋅ Beschi kt he t apparaat over een gepolariseerde
stekker, die maar op een manier in de contactdoos
past waardoor de polariteit gehandhaafd blijft ( d e pin
is b reder dan gebruikelijk), dan is deze stekker alleen
geschikt vo or gepolariseerde s topcontacten. Indien
de stekker niet in het stop contact past d ient deze
door een elektricien te w orden ver vangen. Er m ag
GEEN p in worden verw ijderd om dat dan d e
veiligheidsfunctie van de gepolariseerde stekker komt
te vervallen.
⋅ Beschi kt het appa raat ove r een stekker m et
randaarde, die aan de zijkant van de stekker twee
metalen plaatjes heeft voor de aarding, dan is die
stekker alleen geschikt voor st opcontacten m et
randaarde. Dit i s ter verbetering van de veilighei d. Als
de stekk er niet in he t stop contact past, dient h ij door
een elektricien te worden vervangen. Indien de
stekker over drie pinn en beschikt, mag er geen pin
worden verwijderd omdat dan de veiligheidsfunctie
van de stekker komt te vervallen.
BESCHERM ING VAN DE KABEL
– Leg de
kabel dusdanig neer, dat er niet over gelopen word
en de kabel n iet wordt bekneld. L et in het b ijzonder
op de ka bel in de buurt van de stekker, extra
stopcontacten en daar waar d e kab el in de behuizing
van het apparaat gaat.
AARDING V AN DE BUITENANTENNE
–
Indien het a pparaat op een buitenantenne wordt
aangesloten dient u zich e rvan te overtuigen dat de
buitenantenne is geaard en dusdanig i s a angesloten
dat er geen gevaar is voor elektrische sch ok en /of
wrijvingsspanning. De buitenantenne moet conform
de bestaande wetteli jke veiligh eidseisen gea ard
worden. Zie tekening A.
BLIKSEM
– Om het ap paraat bij o nweer, en indien
het v oor l angere t ijd ni et wordt gebr uikt, t e
beschermen, dient de netspanning, de antenne, of de
kabel uitgetrokken te worden. Zo wordt schade b ij
bliksem of b ij inslag op het elektriciteitsnetwerk
voorkomen.
HOOGSPANNINGS KABELS
– De
buitenantenne mag n iet in d e b uurt van
hoogspanningskabels, o nder elektrische verlichting ,
noch op een andere stroomvoorziening of een plaats
worden aa ngesloten waar de a ntenne op de
installatie kan vallen. Let bij de montage op dat de
antenne niet in aanraking komt met andere
apparatuur die op het elektricitei tsnet is aangesloten .
Dit kan levensgevaarlijk zij n en leiden tot elektrische
schok.
OVERBELAS TING
– Ter voorkoming van
brandgevaar en elektri sche schok, dient u niet teveel
apparaten op een stopcontact aan te sluiten.
VREEMDE VOORWERPEN EN
OVERSTROMIN G
– Geen vreemde voo rwerpen
in h et apparaat steken. Z e kunnen i n aanraking
komen m et ni et-geïsoleerde stroom geleidende
onderdelen en een elektrische schok of brand
veroorzaken. H et a pparaat m a g N IET a an
vloeistoffen worden blootgesteld.
SERVICE
– De gebruiker m ag het apparaat n iet
zelf repareren. Zowel het openen als ver wijderen van
de behu izing kan l eiden tot een e lektrische s chok o f
ander gevaar. R eparaties dienen door gekwalificeerd
personeel te worden uitgevoerd.
SCHADE/REP ARATIE
– Bij de v olgende
aandachtspunten dient u de ste kker uit het
stopcontact te halen en het ap paraat door h iervoor
gekwalificeerd personeel te laten repareren:
• Indien de kabel o f de stekke r is
beschadigd.
• Indien er v loeistof of vreem de
voorwerpen in het ap paraat zijn
gekomen of geraakt.
• Indien h et a pparaat aan regen of w ater
is blootgesteld.
• Indien het apparaat niet n aar behoren
functioneert terwijl de
bedieningsinstructies zijn opge volgd.
Voer alleen die h andelingen uit, die zijn
beschreven in de
gebruikershandleiding. Onjuist ge bruik
kan leiden tot schade en
disfunctioneren e n vereist rep aratie
door een hiervoor g ekwalificeerd
reparateur.
• Indien het apparaat is gevallen of op
een andere wijze is beschadigd.
• Indien er sprake is van w ezenlijk
verschil in f unctioneren t en opzichte
van e erder gebruik – dit duidt o p
noodzakelijk onderhoud.
ONDERDELEN
– Indien o nderdelen vervangen
dienen te w orden, let dan op dat de s ervicem onteur
originele onderdelen gebruikt of onderdelen die
voldoen aan de specificaties van de o riginele
onderdelen. G ebruik v an andere onderdelen kan
leiden tot brand, elektrische schok of ander gevaar.
VEILIGHEIDSTES T
– Na o nderhoud e n reparatie
dient u de reparateur t e verzoeken een
veiligheidscontrole en een fun ctiecontrole uit te
voeren, om d e j uiste fu nctie va n he t ap paraat t e
garanderen.
WAND- EN PLAFONDMON TAGE
– Het
apparaat di ent niet aan een wand of pl afond
bevestigd te worden.
TEMPERATUUR
– Het apparaat verw ijderd
houden van w arm tebronnen zoals rad iatoren,
verwarmingselementen, o vens en an dere apparatuur
(incl. versterkers) die hitte produceren.
HANDLEIDING LE ZEN
– Leest u voor de
ingebruikname van he t a pparaat aandach tig alle
veiligheidsaanwijzingen en de gebruikershandleiding
door.
BEWAREN HANDLE IDING
– De
gebruikershandleiding bewaren voor toekomstig
gebruik.
WAARSCHUWIN GEN IN ACHT NE MEN
–
Let goed op waarschuwingstekens op het apparaat
en in de gebruikershandleiding.
HANDLEIDING IN ACHT N EMEN
– Vol g de
aanwijzingen in de gebruikershandleiding.
REINIGEN
– Het apparaat mag a lleen met e en
stofdoek of een zachte droge doek worden
afgenomen. Geen m e ubelreinigers, benzine ,
insecticide of a ndere r einigingsm iddel en met
oplosmiddelen gebruiken. Deze kunnen de behuizing
aantasten.
AANSLUITEN RANDAPP ARATUUR
– Gee n
randapparatuur of toebehoren aansluiten die niet
door de fabrikant worden aanbevolen in verband met
mogelijk gevaar.
WATER EN VOCH T
– Het apparaat mag NIET in
de buurt van water worden gebruikt. Bijv. bij het bad,
de wastafel, de spoelbak, in vochtige kelders, in de
buurt van een zwembad en dergelijke plaatsen.
ACCESOIRES
– Het apparaat m ag niet op een
instabiele o ndergrond g eplaatst worden. H et
apparaat kan vall en en daarbij er nstig l etsel
toebrengen bij kind eren of volwassenen. Het
apparaat kan b eschadigd raken. Gebruik uitsluitend
statieven, plateaus, tafels of trolleys die door de
fabrikant worden aanbevolen of worden meegeleverd
met het apparaat. Vo lg b ij h et i nstalleren de
montagevoorschriften van de fabrikant e n gebruik de
meegeleverde materialen.
TRANSPORTW AGEN
– Vervoer het app araat
voorzichtig o p de wagen. V ermijd abrupt stoppen,
buitensporige kra chtontwikkeling en een ongelijke
ondergrond ter v oorkoming van het om vallen v an d e
wagen met de apparatuur.
VENTILATIE
– Openi ngen en r oosters dienen de
noodzakelijk ventil atie en een goed f unctioneren van
het apparaat, ter voorkoming va n oververhitting en
mogen derhal ve niet w orden afgedekt of verstopt.
Het apparaat mag niet op bed, bank, tapijt of
vergelijkbare z achte ondergrond worden g eplaatst.
Het appa raat mag niet in de boekenkast of in een rek
worden ingebouwd, tenzij de ventilatie gewaarbor gd
is of de m ontage con form de aanwijzingen van d e
fabrikant is uitgevoerd.
STROOMVOORZ IENING
– Het apparaat m ag
uitsluitend w orden aangesloten op de genoemde
netspanning, vermeld op het typeplaatje. B ij tw ijfel
altijd de verkop er van het apparaat raadplegen of
neem contact op met uw energieleverancier.
PLAATSEN
– Het apparaat moet op een stabiele
ondergrond worden geplaatst.
BUITEN GEBRU IK
– Indi en het apparaat langere
tijd ni et wordt geb ruikt, trek d an de stekker ui t het
stopcontact.
Figuur A