Hoofdstuk 4 Infrastructuur en integratie 33
iOS-versies identiceren met Exchange
Wanneer een iOS-apparaat verbinding maakt met een Exchange-server, wordt de iOS-versie
van het apparaat bekendgemaakt. Het versienummer staat in het veld 'User Agent' van de
header van de aanvraag en ziet er uit als: Apple-iPhone2C1/705.018. Het nummer achter het
scheidingsteken (/) is het nummer van de iOS-build. Dit nummer is uniek voor elke iOS-versie.
Om het buildnummer van een apparaat te bekijken, gaat u naar 'Instellingen' > 'Algemeen' >
'Info'. U ziet het versienummer en het buildnummer, bijvoorbeeld 4.1 (8B117A). Het nummer
tussen haakjes is het buildnummer. Dit nummer geeft de release aan die op het apparaat
wordt gebruikt.
Wanneer het buildnummer wordt verstuurd naar de Exchange-server, wordt de structuur van het
nummer gewijzigd van NANNNA (waarbij N een numeriek teken is en A een alfabetisch teken) in
de Exchange-structuur NNN.NNN. Hierbij blijven de numerieke waarden behouden, maar worden
de letters geconverteerd naar hun positionele waarde in het alfabet. Zo wordt 'F' geconverteerd
naar '06', omdat 'F' de zesde letter van het alfabet is. Cijfers worden indien nodig voorafgegaan
door nullen om de reeks geschikt te maken voor de Exchange-structuur. Het buildnummer 7E18
wordt bijvoorbeeld geconverteerd naar '705.018'.
Het eerste cijfer, 7, blijft '7'. De letter E is de vijfde letter van het alfabet en wordt dus geconverteerd
naar '05'. In de geconverteerde versie wordt een punt (.) toegevoegd zoals vereist bij deze
structuur. Het volgende cijfer, 18, wordt voorafgegaan door een nul en wordt '018'.
Als het buildnummer eindigt met een letter, bijvoorbeeld 5H11A, wordt het nummer geconverteerd
zoals hierboven is beschreven, maar worden vóór de numerieke waarde van het laatste teken
drie nullen toegevoegd. 5H11A wordt dus '508.01100001'.
Wissen op afstand
U kunt de inhoud van een iOS-apparaat op afstand wissen met behulp van voorzieningen
die door Exchange geboden worden. Hierbij worden alle conguratiegegevens en andere
gegevens van het apparaat verwijderd. Het apparaat wordt op een veilige manier gewist en de
fabrieksinstellingen worden hersteld. Bij het wissen wordt de coderingssleutel voor de gegevens
(gecodeerd met 256-bits-AES-codering) verwijderd, waardoor de gegevens onmiddellijk niet
meer kunnen worden hersteld.
Met Microsoft Exchange Server 2007 of hoger kunt u een Remote Wipe uitvoeren via de
Exchange Management Console, Outlook Web Access of Exchange ActiveSync Mobile
Administration Web Tool. Met Microsoft Exchange Server 2003 kunt u een Remote Wipe
uitvoeren via Exchange ActiveSync Mobile Administration Web Tool.
Gebruikers kunnen hun apparaat ook zelf wissen door 'Instellingen' > 'Algemeen' > 'Stel
opnieuw in' > 'Wis alle inhoud en instellingen' te kiezen. Het is ook mogelijk een apparaat zo te
congureren dat het automatisch wordt gewist nadat er een bepaald aantal keren een onjuiste
toegangscode is ingevoerd.
Bonjour
Bonjour is het op standaarden gebaseerde netwerkprotocol van Apple waarbij conguratie
overbodig is en waarmee apparaten automatisch voorzieningen in een netwerk kunnen
opsporen. iOS-apparaten gebruiken Bonjour om te zien of er AirPrint-printers beschikbaar zijn;
zowel iOS-apparaten als Mac-computers gebruiken Bonjour om te zien of er AirPlay-apparaten
zoals Apple TV beschikbaar zijn. Sommige apps gebruiken Bonjour ook voor peer-to-peer-
samenwerking en -deling.