Seite 4
Volle maan afnemend e maan
w assende maan ni euwe m aan
6.3 Alarm
Het basisstat ion beschikt over twee in stelbare alarmtijden. Druk
eenmaal op de
‘ALARM ’-toets om de eerste alarmtijd af te lezen
(A1 vers chijnt naast de alarmtijd) en opnieuw om de tweede
alarmtijd af te lezen (A2 verschijnt naast de alarmtijd). Druk
opnieuw op de
‘ALARM ’-toets o m naar de tijd terug te kere n.
Indicatie alarm tijd 1 I ndicatie alarmtijd 2
6.3.1 Alarmt ijden instelle n
Om de alar mtijd in te stellen, d rukt u op de ‘ ALARM’- toe ts om
de 1e of de 2e alarmtijd te selecteren (A1 of A2 verschijnt naast
de uu rtijd). A l s u de g ewenste al armt ijd 1 of 2 h ebt bere ikt, hou d
u de
‘ALARM ’-toets inge drukt, de ure n van d e alar mtijd
begin nen te k nipp eren. Stel he t uur in met de
‘UP ’- o f ‘DOWN ’-
toets. Bevestig met d e
‘ALARM ’-toet s, de minute n van de
alarmtijd beginn en te knipperen. Stel ook de m i nuten in met de
‘UP ’- o f ‘DOWN ’-toets . Bevestig met de ‘ ALARM’ -toets. De
alarmtijd is in gesteld.
Door d e instelling van de ala rmtijd w ordt het alarm gelij ktijdig
geactiveerd. Na het instellen van het alarmuur verschijnt het
kloksy mbool v oor he t betreffen de ala rm (1 of 2) r echts naast het
uur.
6.3.2 Alar m activeren/ deacti veren
Om het alarm te activeren of t e deactiveren, druk t u op de ‘ UP’-
toets totdat het ge wenste alarm is i ngeschakeld:
- Eenm aal drukk e n: K loksym bool 1 verschijnt: Alleen de 1e
alarmtijd is geactiveerd.
- Opnie uw drukk en: Kl oksym bool 2 verschijnt: Allee n de 2e
alarmtijd is geactiveerd.
- Opnie uw drukk en: Klok symbool 1 en 2 verschijnen: Beide
alarmtijden zijn geactiveerd.
- Opnieu w drukken: Beide alarmtijde n wissen: B eide
alarmtijden zijn gedeactiv eerd.
6.3.3 Wekher haling
Wanneer h et alarm weerkl inkt, kunt u m et de
‘LIGHT/SNOOZE ’- of ‘SNZ ’-toets een alarmherhaling
activeren.
Standaard is een al armherhaling om de 8 minute n inge stel d. D e
alarmherhaling kan echter worden ing esteld op een waarde tussen
5
– 30 minute n. Hie rvoo r moet u d e ‘LIGHT / SNOOZE ’- of
‘SNZ ’-toets 3 second en inge drukt houd en. U ku nt nu op de
‘UP ’- o f ‘DOWN ’-toets d rukken om de tijd in te stellen totd at
het al arm wo rdt he rhaa ld. D it kan i n stapp en va n één minuut .
6.3.4 Alar m afzetten
U kunt het al armge luid uitze tte n doo r alle toetse n in te d rukke n,
met uitzonderin g van d e
‘LIGHT/SNOOZE ’- of ‘SNZ ’-to ets.
Het alar m blijft echter geactiveerd, d.w.z. dat het op de volgende
dag op hetzelfde tijdstip nog eens zal weerklinken. Om het alarm
te deactiveren, gaat u te werk zoals in hoofdstuk 6.3.2
‘Alar m
activeren/deactiveren
’ is be schreve n.
6.4 Tem perat uur en luc htvo chtig heid
6.4.1 Indicat ie va n de te mperat uur e n
luchtv ochti gheid
Na plaatsing van de batterijen worden de binn entemperatuur en
binne nluc htvoc htig heid o nmidd ellij k wee rgege ven. De
buite ntemp erat uur en bui tenluc htvo chti gheid word en
weer gege ven na o ntvan gst va n het eer ste si gnaal van de
buit ensens or.
Buitentemper atuur °C/°F met trendindicatie
Buitenlucht vochtigheid met trendindicatie
Binne nte mperat uur °C/°F met trend- en co mfortindicatie
Binne nluc htvoc htig heid met tre nd- en co mfortindicatie
6.4.2 Max.-/mi n . -geheug en van tem peratuur e n
luchtv ochti gheid
Om de m a ximale en m inimale w aarden voor t empera tuur en
lucht voc htighei d te le zen, drukt u o p de
‘MAX/MIN ’-toets
- eenmaal om de maximale waarden af t e lezen,
- opnieuw om de minimale waarden af te lezen en
- opnieuw om terug te k eren naar de normale weergave.
6.4.3 Wissen van het max.-/min. -geh eugen
Houd in de weergave van de maximale of minimale waard e de
‘MAX -/MIN ’-toets ca. 3 seco nden i ngedr ukt o m het max. -/min.-
gehe ugen te wisse n.
6.4.4 Select ie °C/°F en hP a/inHg
Houd de ‘UP ’-toet s ing edru kt om t e ki ezen tuss en °C e n °F v oor
de ind icat ie va n de b inne n- e n buit ente mpera tuur en hP a e n inH g
voor de ind icat ie van de lucht dr uk.
6.4.5 Trendindi cati e van de binne n- en
buitent em perat uur en de binnen- en
buitenluc htvochtigheid
In he t gebie d va n de binne n- en b uitent emp eratu ur e n het geb ied
van de bi nnen- en buitenl uchtv ochtigh eid wordt in de
rechterbovenhoek de ontwikk eling van de betreff ende waarde
aangegeven door een pijl. Al s de waa rde binn en 1 uur met meer
dan 1 graad (tem peratuur) of 3% (vocht igheid) veran dert, w ordt
dit weerge geve n doo r een omhoo g of o mlaa g geri chte pij l.
Anders is de pij l horizontaal.
6.4.6 Comfor tindic atie van h et binne nklim aat
Het weerstatio n geeft het bi nne nklimaa t wee r in d e vor m va n vier
s mil e y-sy mbol en rec hts naa st d e bi nnentemp era tuur.
Symbool 1: Lucht voch tighe id tus sen 4 0 – 70%,
Temperatuur > 26°C of < 20°C (gemiddel d)
Symbool 2: Lucht voch tighe id > 7 0% (vo chti g)
Symbool 3: Lucht vocht igheid < 40% (droog)
Symbool 4: Luch tvochti ghei d tuss en 40 en 70%,
Temper atuur tuss en 20°C e n 26°C (opt ima al)
6.4.7 Instel baar te mperatuu ralarm voo r de
buitent em perat uur
Het weerstation kan eenindividueel inste lbaar temperat uuralar m
ops laan vo or e lke b uite nsenso r e n bij he t o versc hrij den o f
onderschrijden van de ing estelde limiet een alarm activeren.
6.4.7.a Instellen v an het tem peratuur alarm
Als u meer dan één buitensensor hebt geactiveerd, wisselt u eerst
met de
‘CH ’-toets naar de sensor w aarvoor u een
temperatuurala rm wilt instelle n. Houd nu de
‘ALE RT ’-toets ca.
3 seconden i ng edrukt totdat u zich in de inst elmodus voor de
boven ste t empe ratuurg rens bev in dt. De bov engr ens beg int met
70°C (158° F) te knipperen . St el nu met de
‘UP ’- e n ‘DOWN ’-
toetsen de gewenste bovengrens in en bevestig deze met de
‘ALE RT ’-to ets. N u begi nt de onder grens met -50°C ( -58°F) te
knipp eren. Stel nu oo k de gewe nste o ndergr ens i n met de
‘UP ’-
en
‘DOWN ’-toetsen en bevestig deze met de ‘ALE RT ’-toets.
De instelling van het temperatuuralar m is nu voltooid.
6.4.7.b Activer en of d eactiveren van h et
tempera tuural arm
Door kort op de ‘ ALERT’-toets te d rukke n, ku nt u he t
tempe ratuu ralarm activ eren (h et sym bool pijl omhoog /omlaag
wordt rechts naast de buitentemperatuur weergegeven) of
deactiveren (het symbool pij l omhoog/omlaag verd wijnt).
6.4.8 Buitens ensor
Voo r de overd racht van het zend signaa l va n de b uitens enso r naa r
het basiss tation is er geen kabelverb inding no dig. De
buitensensor zendt met een zendfrequentie van 433 MHz. De
reikw ijdte v an de ove rdracht van de buitens ensor n aar het
basi sstat ion ka n bij op timale verho udin gen i n op en terr ein t ot
100 m be dragen . De overdrac ht kan worden beïnvloed door
voorw erpen zoals metselwer k, ge wapend beto n en metale n ra men
en do or mist tus sen de b uite nsenso r en het bas issta tio n, de
insta llatie van d e buite nse nsor en het b asis stati on op de gro nd.
6.4.8.a Regi streren v an een tw eede of derde
buitense nsor
Er zijn geen andere buitensensoren in d e lever ings omvan g
inbegrepen.
Neem contact op met onze klantenservice of onze webshop
(http: //www .produkt servi ce.inf o/sh op/ - a rti kelnr. ASENSOR20)
als u e xtra b uite nsenso ren wenst t e kop en.
Voer de registratie van een tweede o f derde buitensensor uit op
een tafel waar u het basisstation en de buitensensor(en) naast
elkaar kunt zetten. Verwijder het klepje van het
batterij compartiment van d e buitensensor. Stel d e
kanaalkeuzeschakelaar aan de achterkant va n de b uiten sens or in
op het gewenste kanaal, waarop de buiten temperatuur en
buite nluc htvo chtig heid va n deze buitensen sor op h et bas iss tation
moeten worden w eergegeven. De eerste buitens ensor wordt
normaal weergegeven op kanaal 1. Selecteer voor extra sensor en
kanaal 2 of 3.
Plaats vervolgens de batterijen in de buitens ensor, zoals
besc hreve n in ho ofdst uk 5
‘Inge brui knemi ng ’.
Stel nu met de 'CH”- toets op het b asisstation de indicatie van d e
buite ntemp erat uur en -lucht vocht ighei d op het zelf de kanaal in,
dat u ook bij de buitens ensor g ek ozen hebt (2 of 3). Houd de
‘CH ’-toets op het basisstation enkele seconden ingedrukt totdat
een pi eptoon w eerklin kt en het radi osym bool link s naast de
buite nluc htvo chtig heid o p het b asisst ation knip pert . Druk n u kort
op de 'TX
”-toets in het batte rijco mpartiment van de b uitensensor.
Zodoen de w ordt he t sign aal over gedrag en. Dit w ordt getoond
door het kn ipperen van de rode verkl ikk er op de voork a nt van de
buite n se nsor e n do or ee n gel uidss ignaa l va n het b asi sstat ion. De