ASGCIT
DRAADLOZE
FIETSCOMPUTER
M E'I'
ZONNECEL
Bedieningshandleiding
Uitgave
l5l2A11
lnhoudsopgave
1 TOEPASSINGSGEBIED
..
I
2
VEILIGHEID
I1N
ONDERI{OUD.....
........ I
2.1
Veilígheíd:;uunvrijzítigen
".."....
"..."......
I
2.2
ReparaÍit............
........... I
2.3
[./oorw,aat"(ien
y,oor
de bedriifsomgeving......."..........
I
2.4
OmgevingsÍctilperatlur..-.."....
............... I
2.5
Batteri"fwerking
..............
I
2.6
Venuijdering
..........
..................
I
2.6.1
Verwijderen
van de
batterijcn....
........... I
2.6.2
Verwijderen
van de
fietscomputcr
..........
I
2.6.3
Verwijdering
van cle verpakking......
...............
I
2.7
Onderhoncl
............
..................
I
2.8
Reiníging
en ver:orgíng..........
....."...........
I
2.9
Op,slag
........ 1
2.10
Bii
de levering inbegt'epen........
............ I
DïSPLAYAANDUIIIING
EN
Ir[JNC]TIn'f0]r'|SI1N
....... I
M()NTAGE......
. .. 2
4.1 Fiet,sc:omputerhouder
en.fïeí,st:omputer.
.....2
4.2
Sensor en
mag:neet
..........,.
.......2
IN
GEBRUIK}{AMË
............
.....2
5.1
Eerste
keer inscltakelen
vun
deJietsc:onrpttter'..........
2
5.2
Instellen
wtelonttreíi
vortr
wíel
I en w,iel 2............,..2
5.3
Keu:e
kílorneters/rnijlen
.".........2
5.4
Instellen
van
leeftiid en gewicht..".".."."
"...."""...2
5 .5
{nspec'tievt}eerzuve
..
"...
2
5.6
InsÍel{en
van
de ! 2t'24-uur,s
aandr.tídíng......."...".......
2
5.7
trn,stellen
van
tle ri|d....."....
....".,.2
-t.8
Wi.gselen
fit,gst,n de v,ielomtrekke.n
v,oors,t'iel
! en
v,iel 2
(CÍ
en
C2)
".".
.."
."...""".".""2
5.9
Controle
fïetsu)rupltter...........
."""..........2
5.10
OSsnieuv, sïuríen/res(.t'ten
....".". ." 2
MODVFUNCT'IES
"..".
3
6" I
Terugzetten/yesetten
op nu.l van
de trajectgegevens
(DST,
T',M, ÁVS)
...".....
..... 3
6.2 I.entgzetlen/resetten
ogt nttí
yan
de maximale
snelheíd
(MXS)
6.3
Handmatige
ingatte
van
het totaul
aantaÍ kilometers3
VERVANGENI
VAN DE BATTERIJ
............... 3
COI.{FORMITEITSVERKLARING
.................
3
FAQ
/
OPLOSSEN
VAN FOUTEN
..................
3
I
TOEPASSINGSGEBIED
Dcze
fietscomputer
is
gemaakt
om als fietscomputer
tc gebruiken.
Ijic:tscomputers
gevcn
inÍurmatie
over
de
snelheid en cle aÍgelegde
af'stanclen.
Een
anclere toepassing
clan in
deze handleicling
treschreven, is
niet
toegestaan
en kan
tot beschadigingen
en
verwondingen
leiden.
Voor
schade
door niet reglementair
gebr"Lrik
wordt
geen
aansprakelijkheid
aanvaard.
Meer aanwijzingen
en verklaringen vindt
u in
de handleiding.
2
VEILIGHEID
EN
O]\DERFIOUN
2.1 Veiligheídsqanwijzingen
Lees
de veiligheidsaanwijzingen
nauwkeurig
en volg
alle
gegeven
aanwijzingen
op. Zo
garandeert
u een betrour,vbale
werking
en een
lange
levettscluut'
van
u\
/
Íietscolnputcr.
Bcwaar
dc vcrpakkinu
clt dr.
hanclleicling gocd
om deze
aan de nieuwe
bezitter te
kunnen
geven
als ti
de fietscomputer
aan iemand
anclers
geeft.
Open nooit
de kasten
I'an
de fietscomputer
en de sensor,
deze bevaïten
gcen
onderdelen
die
onderhoud noclig
hebben
(uitgezonderd
het
openen
van
het batterijvak
voor het
inleggen oÍ
vervangell
van dc batterii" zie
punt
7
Vervangen
van de
batterij). Leg
geen
voorwet'pen
op de
Íiclsconrputer
c'n oeÍ-cn geen
drr-rk uit op het
display. Anriers
kan het
tlispl:ry licsclradisd
wordon. Raak
het
displa,v nict
aan
]ïet
scheipe
v()orwcrpqt,lril
lrcschadigingur
tc
voorkomen.
2.2
Repurutie
Neem
in
geval
van
een nooclzakehjke
reparatie
of een technisch
probleem
uitsluitend
contact
op met ons
Service-Center. Het
adres vindt
u op de
Garantiekaart.
2"3
Vocrwaurden
voer
de bedrffi$yrsgevíng
De fietscomputsr
is
bsscliermcl
tegen
spatwater. Let
er op dat uw
fietscompufer niet
blootgestelcl
wordt
aan
vocht
of aan
een constante te
hogc luchtvochïigheid
en
voorkom st*t. liitte
er"l
te lang
direct
zonlicht,
I-let uiet
in acht nemen van
cleze
aanlvijzingcn
kan leiden tot
storingen
o I
beschad i
gin g
van de Íietsccrmputer.
2.4
(Jmgeviwgsten'eÍrey&tuur
De lletscomputer
kan
conïinu werkcrr
bij
een omgevingstemperatriur
van
-10
oC
tot50
"C"
Hij
mag
slechts korte
tiid blootgestelci rvorclen
aan
temperaturen
van
minder
clan
"10
oC.
Is de fietscomputcr
bLriten
werking. kan hrj
beu,aard
worden bij temperaturen
van
-1{}'il
tot 50
"C.
2.5
Batteriiwerking
Uw fietscornputer
en de sensor
wcrken
op cen 3V CI{2032
liatterij.
Onderstaand vinclt
u cnkcle
aanwijzingcn
voor de omgang
met
hatterijen:
n
Vervang
de bittterij alleen
door een
gelijkr,vaardig
battenytype!
o
l]attcrtjen
mogcn uiet
opnicuw opge
laden
oÍ'rnet andere
rniddelen
opnieuw
geactiveerd
lvorden,
uit elkaar
gehaald,
in het vuur
geworpen
of kortgesloten
worclen.
o
Batterijen
kunnen
bry inslikken
levensgevaarlijk
zijn.
l]ewaar de
batterijen
en
de
lietscomputer
daarom
buiten
het
bereik van kleine
kinderen.
Als
er een
batterij ingeslikt
werd, moet
direct niedische
hulp
ingeroepen
worden.
.
Apparaten
en batterijcontacten
indien
nodig voor het
inleggen van
de batterijen
met
een licht
vochtige
doek reinigen
erl
grondig
afdrogen. Let
bij het inleggen
op de
juiste
polariteit.
r
Í{aal
de lege
batterij
direct
uit
het
apparaat! Emstig gevaar
voor
uitlopen!
Voorzichtig
met uitgelopen
batterijen! Voorkom
contact
met
dc
huicl,
ogen en
slijmvliezenl l3ij
contact met
batterijvloeislol'
cle betrokken plekken
direct met ruirn
water spoelen
en direct ecn
arts raaclplegen!
Batterijen
verdragen
geen
hitte.
Voorkom
dat de fietscomputer
cn
zocloende
ook de ingelegde
batterij
te heet worden. Het
niet in acht
rlernen van
deze aanwrjzing
kan leiden tot
beschadiging cn nr
bepaalde
omstandigheden zelfs
tot het ontpioffen
van de batteril.
'ï'emperaturen
onder 0 ''C- kunnen
een negatief
eff-ect hebben
op clc
levensduur
van de batteri.jen.
Informatie
over hcl
vcrvÍrngcn
Vcr"r
artgcn vltrr tlc
[ratte ri";
i
^*t;ti";'
pl:,;.
.r,"
r'.*.',,ffit.'r
r.
drilrÍ
';.t
ht,'.',gt'".t,[
'*,"1,
aan extrcnrc hitte
of kou. []i1
r:.rtrcrne kou
wordcn clc battcrijcrr
cn clc
displayaanduiding zwakker.
2.6 Verwi
jderi
ng
2"6"1 Verwijderen
van de
batterijen
Batterijen
zijn
speciaal afval. In
wrnkels clic bartcri.ycn
\Ë/
verkopen
en bij de
gemeenteiiike
inzamelplaatsen
staan
A
containers om cle batteriien
in te
gooien"
2.6.2
Verwijderen
van
de
fïetscomputer
Als ri
r-rw
fietscornputer
wcg u.'ilt
goclien,
vetwijder
hern
dan voigens
de
actuele
L'ic:palirrgcn. Iníbrrnatic
kunt u inwinncn
bi.j de
gcmcenteiijke
inzarnc lplaatscn.
Inrporte r:
K
I{I
Pl)t.-WA'l'(' I I [iS
WarcrrhanclcIs
(irrrbI{
Maria--l'heresia-Srr.
4l
.
A-4ó00
We ls
ru
2.6.3
Verwijdering van
de verpakking
Gooi cie vcrpakl<ingt van
cle
Íietscorrputer
volgens
de
actuele bcpalingcrr
iveg. Infbrmatic kunt
r,r
irrwiltncn
bi.l
de
gemeenteli.jke
instanties.
2.7
Onderhoud
2.10
Bii
de leveriwg
inbegrepen
Fietscom;rutcr
mct t
3V CR2032 batterg
iat
ingelegd)
F i
ctscornputerhoucler
Sensor
rrret
I 3V
CR:032 battelij
(al
mgelegd)
Magncet
Kabclbirrtlors
Rcrl ieni ngshandleiding
D
TSPI,AYAANDUIDII\G
EN
FUNCTTETOETSEN
I
nÍbrnratie over zonnecellrrr:
f)czc llctscomputcr
bczil zonncccllcn. Dcze
zetten Iichtenergie
om in
clr.'ktrisclrc stroonl.
Op die
manicr karr tlc
lcvcnsduur
van
de
batterij
r,'crlcngd worden.
:ï]
2.8 Reiniging
en
very,orgíng
Reinig
cle Íletscomputer alleen met
een zachte. iets
vochtige,
pluisvrije
cioel<.
Ciebrr"rik
geen
oplosmidclelen.
bijtende of
gasvormende
reinigiirgsrnidclelen. Let
er op dat
er
geen
rvaterdruppels
op
het
display
blrjven zitten. Water kan
biijvende verkieuringen
veroorzaken.
Stel
het
display van
de
fietscomputer
niet
bloot aan fel zonlicht
of
aan
ultraviolette
stralen.
2.9
Opslag
Verwijder
de batterij, als u
de fietscomputer
gedurende
langere tijd
niet
gebruikt.
Let
voor de opslag van
de
fietscomputer
op
de aanwijzingen
in
punt
2.3
Voorwaarden voor
de bedrijfsomgeving
en
punt
2.4
Omgevingstemperatuur. De
fietscomputer moet veilig
opgeborgen
worden. Voorkerm
hoge temperaturen
(bijv.
cloor direct zonlicht)
en een
constante vochtige
omgeving.