installatie
elektrische aansluiting
NL 33
Het toestel kan op de volgende manieren worden
aangesloten:
Veel voorkomende aansluitingen:
2 fasen met 2 nullen aansluiting (2 2N a.c. 230 V / 50 Hz /
kookgroep): De spanning tussen de fase en de nul is 230 V
a.c. Tussen de fasen kan een spanning van 0 V staan
wanneer deze in de meterkast aan zijn gesloten op dezelfde
fase maar ook 400 V wanneer deze zijn aangesloten op 2
verschillende fasen. Uw groepen moeten afgezekerd zijn met
minimaal 16 A (2x). De aansluitkabel moet een
aderdoorsnede hebben van minimaal 2,5 mm
2
.
3 fasen met 1 nul aansluiting (3 1N a.c. 400 V / 50 Hz /
krachtgroep): De spanning tussen de fasen en de nul is 230
V a.c. Tussen de fasen staat een spanning van 400 V. Breng
een verbindingsbrug aan tussen de aansluitpunten 4-5. Fase
3 wordt niet belast. Uw groepen moeten afgezekerd zijn met
minimaal 16 A (3x). De aansluitkabel moet een aderdoor-
snede hebben van minimaal 2,5 mm
2
.