Pagina NL-26
Deze parameter bepaalt in welke mate een afwijking van de
ruimtetemperatuur van de ingestelde gewenste waarde invloed
heeft op de regeling van de temperatuur van de warmtebron.
Voorzover er geen verschil tussen gewenste (SET) en huidige
(WERK) ruimtetemperatuur bestaat, wordt de aanvoertempera-
tuur van de verwarmingsgroep geregeld overeenkomstig de
ingestelde stooklijn.
Als de ruimtetemperatuur afwijkt van de ingestelde gewenste
waarde, dan wordt de stookkarakteristiek zodanig versteld op de
ruimtetemperatuuras, dat de regelafwijking gecompenseerd
wordt. De waarde van de verschuiving is daarbij afhankelijk van
de instelling van de ruimte-invloed.
Hierbij geldt de volgende relatie:
met
Gewenste ruimte
corr
= gecorrigeerde nieuwe gewenste ruim-
tetemperatuur
Gewenste ruimte
nom
= ingestelde gewenste ruimtetemperatuur
Gewenste ruimte
corr
= gewenste ruimte
nom
-
(
afwijking x ruimtefactor
)
RRCC
PPAARRAAMMEETTEERR 0044
Parameter 4 - Ruimtevoelerfunctie
Instelbereik: UIT, 1. . . 500 %, RC
Fabrieksinstelling: RC
DDGG
Voorbeeld:
ingestelde gewenste ruimtetemperatuur = 21 °C
huidige ruimtetemperatuur = 20 °C
De daaruit resulterende afwijking bedraagt dus — 1 K.
Bij ruimtefactor 100 % geldt:
Gewenste ruimte
corr
= 21 °C -
(
-1K x 100
)
= 22 °C
100
De aanvoerwatertemperatuur wordt geregeld volgens een
stookkarakteristiek, die overeenkomt met een ruimtetempera-
tuurinstelling van 22 °C.
Instelwaarde UIT: volledig weersafhankelijk zonder
correctie van de gewenste ruimte-
temperatuur
Instelwaarde RC: volledige kamertemperatuurregeling
zonder buitentemperatuurinvloed
Belangrijke aanwijzing: Hoge instelwaarden verlagen de
stabiliteit van de regelgroep en kunnen
tot schommelingen van de
ruimtetemperatuur leiden. De instelling
moet worden aangepast aan de
omstandigheden van de ruimte.
volgende parameter
100
NL