6
1. Controleer of de zeven schoon
zijn
(zie het hoofstuk "Onderhoud")
2. Druk op de Aan/uit-toets
Het Aan/uit lampje gaat branden en ook de
leds van het laatst gekozen programma en
van mogelijke opties gaan branden.
3. Controleer of zout en
glansmiddel aanwezig zijn
Op het bedieningspaneel branden de leds
"zout bijvullen" en "glansmiddel bijvullen" bij
gebrek aan zout respectievelijk glansmiddel.
4. Vullen van de korven
Verwijder grove resten uit schalen en borden.
Trek de onderste korf naar voren en plaats
daarin pannen, schalen, grote borden en
bestek.
Trek de bovenste korf naar voren en plaats
daarin kleine borden, schotetjes, kopjes en
glazen.
Schuif de korven terug in de machine.
5. Controleer of beide
sproeiarmen vrij kunnen
draaien
6. Afwasmiddel doseren
Strooi of giet afwasmiddel in het
afwasmiddelbakje.
Sluit het dekseltje.
Belangrijk!
Gebruik een kleinere dosis afwasmiddel
als u de optie "halve belading" heeft
gekozen.
7. Sluit de machinedeur
8a. Een programma zonder
"uitgestelde start" kiezen en
starten
Druk de toets van het gewenste programma
in. De leds van het programma en alle
programma-onderdelen gaan branden.
Kies indien nodig de optie:
● Halve belading als alle vaat in één korf is
geplaatst. De led van de betreffende korf gaat
branden.
Verzeker u ervan dat u alle vaat in de gekozen
korf heeft geplaatst.
Druk de "start toets" in, een geluidssignaal
geeft aan dat programma is gestart.
De leds van de programmadelen gaan uit
m.u.v. dat deel dat op dat moment wordt
uitgevoerd.
Als u de deur opent terwijl de machine bezig
is, wordt het programmadeel en de led van
het programmadeel dat op dat moment wordt
uitgevoerd gaat knipperen
Als u de deur weer sluit start het programma
vanaf het punt waar het is onderbroken.
Zo gaat u te werk