8
Aansluiting
Om de telefoon te kunnen gebruiken, moet
hij aangesloten zijn op het telefoonnetwerk
en het elektriciteitsnet.
De telefoon aansluiten
1 Sluit de kabels aan zoals aangegeven. Sluit de
grote stekker aan op de netstroomadapter en
de kleine stekker op de telefoonstekker.
2 Sluit de telefoonstekker aan op het
telefoonnetwerk.
3 Sluit de netwerkadapter aan op het
elektriciteitsnet.
De BeoCom 2 werkt alleen als de
netstroomadapter is aangesloten. Daarom kunt
u de telefoon niet gebruiken tijdens
stroomstoringen, ook niet voor noodoproepen.
De handset en het basisstation dienen altijd
ingeschakeld te zijn. U kunt de handset echter
uitschakelen door op OK te drukken en deze toets
ongeveer vier seconden ingedrukt te houden.
Druk op de Beltoets om de handset in te
schakelen.
Speciale functies van de BeoCom 2
De BeoCom 2 is bedoeld voor gebruik op
openbare analoge netwerken. De telefoon
ondersteunt NummerWeergave (Nummer ID), mits
deze geautomatiseerde dienst door uw
telefoonmaatschappij wordt aangeboden.
De werking van de telefoon wordt alleen
gegarandeerd in het land waarvoor de
telefoon werd gefabriceerd, aangezien
transmissiesystemen, wettelijke vereisten en
geautomatiseerde diensten van land tot land
verschillen. Op de verpakking staat voor welk land
uw BeoCom 2 is gefabriceerd. De letters voor de
landaanduiding staan boven de onderste
streepjescode op het label.
Bij twijfel over het gebruik van uw BeoCom 2
kunt u altijd contact opnemen met uw leverancier.
Bang & Olufsen verklaart hierbij dat de BeoCom 2
is geproduceerd conform de fundamentele
vereisten en andere relevante bepalingen van EU-
richtlijn 1999/5/EG.
