Pag. 4
HANDLEIDING VOOR HET GEBRUIK VAN WAATWASMACHINES
NL
2.2
ELEKTRISCHE AANSLUITING
1. De aansluiting op het elektriciteitsnet moet tot stand gebracht worden met
een hoofdschakelaar (H) Dit moet een veelpolige magnetothermische
schakelaar zijn die alle contacten inclusief de nulleiding verbreekt, met een
afstand tussen de open contacten van minstens 3 mm, die voor de
veiligheid springt of die gekoppeld is aan zekeringen, die bemeten en
afgesteld moeten zijn met het oog op het maximum vermogen dat op de
machine staat vermeld (zie machineplaat).
2. Er dient nagegaan te worden dat de spanning en de frequentie van
het elektriciteitsnet overeenstemmen met de gegevens die op de
machineplaat staan waar de technische gegevens van de machine
op staan die aan de rechterkant van de machine is aangebracht.
3. Een deugdelijke aarding zoals vereist door de geldende
veiligheidsvoorschriften is een garantie voor de veiligheid van de
ebruiker en het apparaat.
4. Het gebruik van verloopstekkers, meervoudige stopcontacten en
verlengsnoeren is absoluut verboden.
5. Het apparaat moet bovendien op een potentiaalvereffeningssysteem
worden aangesloten; de aansluiting op een dergelijk systeem wordt tot
stand gebracht door middel van een schroef waar het symbool op
staat. De potentiaalvereffeningsleiding moet een doorsnede van 10 mm
2
hebben.
De voedingskabel die bij de levering van de machine is
inbegrepen mag alleen door een kabel worden vervangen die
dezelfde doorsnede heeft en die van type H07RN-F is.
Raadpleeg voor nadere informatie het bijgevoegde elektrische
aansluitschema.
2.3 HYDRAULISCHE AANSLUITING
Breng het vertrek in gereedheid zoals aangegeven op bijgevoegd
hydraulisch aansluitschema.
Controleer alvorens het apparaat aan te sluiten of er tussen de
watertoevoerleiding en het apparaat een schuifklep is geplaatst die in
staat is om de watertoevoerleiding indien nodig of in geval van
reparaties snel en volledig af te sluiten.
Sluit de toevoerelektromagneetklep (E) aan op de schuifklep (V) en
controleer of het toevoerdebiet niet minder bedraagt dan 20 l/min.
Ga na dat de temperatuur en de druk van het toevoerwater
overeenstemt met de gegevens die op de plaat staan vermeld
waar de technische gegevens van de machine op staan.
Mocht de hardheid van het water groter zijn dan de in de tabel
vermelde gegevens, dan verdient het aanbeveling om vóór de
toevoerelektromagneetklep van de machine een waterontharder te
installeren.
In geval van hoge concentraties van minerale resten in het water of
hoge geleidingscapaciteit wordt geadviseerd een demineralisatie-
installatie te installeren, afgesteld op een resthardheid zoals
aangegeven in onderstaande tabel.
V
E
H