NL36
Alvorens met de installatie aan te vangen open het paneel/de panelen voor de onringende aspiratie en verwijder het/de antivetfilter(s) en het steunframe van
de koolstoffilters (indien geïnstalleerd) zoals beschreven staat in de desbetreffende paragrafen voor onderhoud.
De instructies van de hieronder aangegeven nummerreeks hebben betrekking op de tekening die u op de volgende pagina aantreft en die van dezelfde
nummers voorzien is.
FIG. 1
1. Stel voor het afstellen van de definitieve hoogte van de afzuigkap de extensie van de ondersteunende structuur van afzuigkap af. Onthoud dat aan het
einde van de installatie de minimum afstand tussen de afzuigkap en het kookoppervlak overeen dient te stemmen met de aanwijzigen van de eerste
pagina van deze handleiding.
2. Bevestig de twee delen van de structuur met totaal 16 schroeven (4 per hoek).
Versterk het bovenste deel als de bovenste extensie de minimum waarde overschrijdt met behulp van 1 of twee beugels (afhankelijk van het bijgesloten
materiaal). Voer hiervoor de volgende procedure uit:
a. Verleng de beugels een klein beetje zodat ze aan de buitenkant van de structuur bevestigd kunnen worden.
b. Plaats de versterkende beugel boven het bevestigingspunt van de twee delen van de structuur en bevestig het geheel met totaal 8 schroeven (2 per
hoek).
Bevestig, indien geleverd, de tweede versterkende beugel op gelijke afstand van de eerste versterkende beugel en het bovenste deel van de constructie en
bevestig met 8 schroeven (2 per hoek).
Opmerking: controleer tijdens het plaatsen en het bevestigen van de versterkende beugel(s) dat ze een eenvoudige bevestiging van de afvoerpijp
(aspirerende versie) of de deflector (filtrerende versie) niet verhinderen.
3. Breng verticaal ten opzichte van het kookoppervlak op het plafond het boorschema aan (het midden van dit schema dient overeen te komen met het
midden van het kookoppervlak en de zijkanten dienen parallel te zijn aan de zijkanten van het kookoppervlak. De zijde van het schema met de opschrift
FRONT stemt overeen met de zijde bedieningspaneel).
Voer de elektrische aansluiting uit.
4. Boor gaten zoals aangegeven staat (6 gaten voor 6 muurpluggen - 4 pluggen voor haken), draai de 4 schroeven in de buitenste gaten en laat tussen de kop
van de schroeven en het plafond een ruimte van ongeveer 1 cm. vrij.
5. breng een afvoerpijp aan in de constructie en sluit hem aan op de aansluitring van de motorruimte (afvoerpijp en klemringen niet bijgesloten).
6. Haak de structuur aan de 4 schroeven vast (zie handeling 4).
BELANGRIJK: De zijde van de constructie met de verbindingsdoos komt overeen met de zijde bedieningspaneel als de afzuigkap gemonteerd is.
7. Draai de 4 schroeven stevig vast.
8. Breng 2 schroeven aan in de vrije openingen en draai ze stevig aan voor extra bevestiging.
9. Voer de elektrische aansluiting op het netwerk van de woning uit. Het elektrische net mag alleen aan het einde van de installatie worden gevoed.
10. Haak de afzuigkap aan de constructie vast en controleer dat hij perfect aangebracht is - draai voor het vasthaken van de afzuigkap aan de structuur de 4
schroeven gedeeltelijk aan (zie tevens handeling 12).
11. Bevestig de afzuigkap aan de constructie met behulp van twee schroeven die tevens de twee delen centreren.
12. Draai de 4 schroeven waarmee de afzuigkap aan de constructie bevestigd wordt stevig aan.
FIG. 2
13. Sluit in het geval van de aspirerende versie (13A) het andere uiteinde van de afvoerpijp aan op de afvoerinstallatie van de woning.
Monteer in het geval van de filtrerende versie (13F) de deflector F op de constructie en bevestig hem met behulp van 4 schroeven aan de speciale beugel.
Sluit vervolgens de afvoerpijp aan op de aansluitring van de deflector.
14. Bevestig de borgmoeren aan de binnenkant van de doorsnede van de bovenste en onderste rookafvoeren ter hoogte van de rechthoekige gleuven. In totaal
dienen 14 moeren aangebracht te worden.
15. Breng de twee bovenste delen van de rookafvoer samen voor het bekleden van de constructie zodat de openingen op de beide delen zich op de zijde met
het bedieningspaneel en op de tegenoverstaande zijde bevinden.
Draai de twee delen vast met behulp van 8 schroeven (4 per zijde - zie ook het schema voor het samenbrengen van de twee delen).
16. Bevestig het geheel van de bovenste rookafvoer aan de constructie in de nabijheid van het plafond met behulp van twee schroeven (een per zijde).
Hermonteer het steunframe van het koolstof en/of het/de antivetfilter(s).
FIG. 3
17. Voer de elektrische aansluiting van het bedieningspaneel en de verlichting uit.
18. Breng de twee onderste delen van de rookafvoer samen voor het bekleden van de constructie met behulp van 6 schroeven (3 per zijde - zie ook het schema
voor het samenbrengen van de twee delen).
19. Breng het onderste deel van de rookafvoer aan op zijn plaats zodat de motorruimte en de elektrische verbindingsdoos helemaal afgedekt worden en
bevestig het geheel met 2 schroeven (alleen voor bepaalde modellen) aan de binnenkant van de afzuigkap.
INSTALLATIE - MONTAGEINSTRUCTIES