De centrale/sirene ontvangt radio-Informatie van de verschillende modules.
Hij is bovendien voorzien van 2 ingebouwde sensors:
Schoksensor: detecteert trillingen en schokken. De gevoeligheid van deze sensor is op 8 niveaus in te
stellen.
Sensor voor stroomverbruik Deze sensor detecteert verschillen in de accuspanning.
IN- EN UITSCHAKELEN SCHOK- EN STROOMVERBRUIKSENSOR
U kunt deze 2 sensors in- en uitschakelen via de afstandsbediening.
Druk op
op de afstandsbediening om het alarm IN TE SCHAKELEN
Druk binnen 8 seconden de 2 knoppen op de afstandsbediening,
&
,
tegelijkertijd in. De sirene laat 7 piepjes horen (progr.mode).
Druk een keer op knop
. De sirene laat piepjes horen waarmee de
programmeerstatus van het systeem wordt aangegeven (4 statussen mogelijk):
Druk op
voor de gewenste mode.
Druk op knop om te bevestigen en de programmeermode te verlaten.
INSTELLEN GEVOELIGHEID SCHOKSENSOR
U kunt de gevoeligheid van de schoksensor op 8 niveaus instellen. Volg hiervoor de aanwijzingen hieronder
Druk op
om het alarm UIT TE SCHAKELEN.
Druk binnen 8 seconden de knoppen
&
tegelijkertijd in. De sirene zal 5 keer piepen om aan te geven dat u in de modus voor gevoeligheidsinstelling bent.
Druk één keer op knop
. De sirene piept een aantal keer om het gevoeligheidsniveau aan te geven: 1 piep = Niveau 1 = Minimale gevoeligheid
8 piepen = Niveau 8 = Maximale gevoeligheid
Test tijdens het instellen de gevoeligheid (door bijvoorbeeld met uw vlakke hand tegen het raam te slaan). De sirene laat een piep horen om de detectie van de schok te
bevestigen.
Druk op knop om het gevoeligheidsniveau te laten toenemen. Wij raden u af een niveau hoger dan 5 te gebruiken om vals alarm te voorkomen.
Druk vervolgens op knop om te bevestigen en de modus voor gevoeligheidsinstelling te verlaten.
Als er tijdens de instellingen gedurende 20 sec. geen enkele knop wordt ingedrukt, zal het systeem de programmeermodus verlaten en naar de normale modus terugkeren.
* LET OP stroomverbruik
Het is sterk af te raden om de stroomverbruiksensor in te schakelen op auto's die na 2000 op kenteken zijn gezet. Deze auto's hebben meestal een CAN-bus, die vals alarm kan
geven. Deze sensor wordt actief 35 seconden na inschakeling van het systeem