2
AARDINGSINSTRUCTIES
Dit apparaat moet worden geaard. In geval van elektrische kortsluiting verkleint de aarding het risico
van elektrische schok door een ontsnappingsdraad voor de elektrische stroom te bieden. Dit apparaat
is voorzien van een kabel met een aardingsdraad en aardingsstekker. De stekker moet in een juist
geïnstalleerd en geaard stopcontact worden gestoken.
INSTALLATIE
1. Ventilatie
Blokkeer de ventilatiesleuven niet. Als ze tijdens
de bediening worden geblokkeerd, kan de
magnetron oververhit raken en uiteindelijk een
storing veroorzaken. Voor een goede ventilatie
laat meer dan 7,62 cm ruimte vrij tussen de
kanten en de achterzijde van de magnetron. De
minimale vrije ruimte boven het ovenoppervlak is
100mm.
2. Vaste en gelijke ondergrond
Deze magnetron moet op een vaste, gelijke
ondergrond worden geplaatst. Deze
magnetronoven is niet bestemd om ingebouwd te
worden.
Deze magnetronoven moet niet in een kast
worden ingebouwd tenzij die in een kast gekeurd
is.
3. Laat ruimte aan de kanten en achterzijde vrij
Alle ventilatiesleuven moeten vrij blijven. Als alle
sleuven tijdens de bediening afgedekt raken, kan
de magnetron oververhit worden en uiteindelijk zal
het een storing veroorzaken.
4. Uit de buurt van radio en televisie
Slechte televisieontvangst en radiostoringen
kunnen optreden als de magnetron dicht bij
televisie, radioantenne, voedingskabel enz. staat.
Plaats de magnetron er zo ver mogelijk van.
5. Uit de buurt van verwarmingstoestellen en
waterkranen
Houd de magnetron uit de buurt van hete lucht,
stoom of spatten wanneer u de plaats ervoor
kiest. Anders kan het isolatiemateriaal worden
aangetast en treden er storingen op.
6. Stroomtoevoer
Controleer uw lokale stroombron. Deze
magnetronoven werkt op een stroom van
ongeveer 10 ampère, 230V 50Hz.
De stroomtoevoerkabel is ongeveer 0.8 meter
lang.
De gebruikte voltage moet overeenkomen met die
aangegeven op deze magnetron. Het gebruik van
hogere voltage kan tot een brand of ander
ongeval leiden waardoor de magnetron
beschadigd raakt. Het gebruik van lagere voltage
verhoogt de kooktijd. Wij stellen ons niet
verantwoordelijk voor schade die uit het gebruik
van deze oven met een andere voltage of
ampèrezekering dan de aangegeven voortvloeit.
Indien de toevoerkabel is beschadigd moet die
worden vervangen door de producent, zijn
serviestechnicus of gelijk bekwame vakkrachten
om een gevaar te voorkomen.
7. Nadat u de magnetronoven hebt uitgepakt,
controleer die op beschadigingen zoals:
Een misgerichte deur, Gebroken deur, Een deuk
in de binnenruimte. Als u iets van het
bovengenoemde ziet, INSTALLEER DE OVEN
NIET en breng het verkooppunt onmiddellijk op de
hoogte.
8. Neem de magnetron niet in gebruik als die
kouder is dan de kamertemperatuur.
(Dit kan in geval van levering bij koud weer
voorkomen.) Laat de magnetron de
kamertemperatuur bereiken alvorens die te
bedienen.
WAARSCHUWING :
Onjuist gebruik van de aardingsstekker kan tot elektrische schok leiden. Raadpleeg een bekwame
elektromonteur of vakman als u de aardingsinstructies niet volledig begrijpt of als er twijfel bestaat of het
apparaat juist is geaard. Als gebruik van een verlengkabel noodzakelijk is, gebruik alleen een 3-dradige
verlengkabel die een 3-bladige aardingsstekker heeft en een contactdoos met 3 geulen waar de stekker van
het apparaat in past. Het aangegeven maximumvermogen van de verlengkabel moet gelijk zijn aan of groter
dan dat van het apparaat.