3. Zorg voor voldoende ruimte rond het
toestel, zodat de lucht er vrij kan circuleren
(Afbeelding 2).
• Bevestig het verluchtingstokje aan de
achterkant van uw koelkast om de afstand
tussen de koelkast en de muur te bepalen
(Afbeelding 3).
4. Het toestel moet op een vlak oppervlak
worden geplaatst. De twee voorste voetjes
kunnen naar wens worden aangepast. Draai
ze met of tegen de richting van de klok, totdat
ze veilig en stevig de grond raken en uw
toestel goed recht staat. Het juist afstellen van
de voetjes voorkomt overdreven trillingen en
lawaai (Afbeelding 4).
5. Raadpleeg het onderdeel “Schoonmaak en
Onderhoud” om uw toestel klaar te maken
voor gebruik.
Opmeting en regeling van de
temperatuur
Met de instelknop voor de temperatuur van de
diepvriezer kunt u de diepvriezertemperatuur
aanpassen (aanbevolen stand 2 of 3).
Over het algemeen ligt deze temperatuur
onder -18°C. U kunt een lagere temperatuur
verkrijgen door de thermostaatknop in de
stand MAX te draaien.
We raden aan om de temperatuur met een
thermometer te controleren om ervoor te
zorgen dat de opslagvakken de gewenste
temperatuur behouden. Lees de thermometer
onmiddellijk af want de
thermometertemperatuur zal zeer snel stijgen
nadat u deze uit de vriezer genomen hebt.
Vergeet niet dat telkens de deur wordt
geopend, koude lucht ontsnapt en de interne
temperatuur stijgt. Laat daarom de deur nooit
open staan en sluit de deur onmiddellijk nadat
voedsel verwijderd werd of erin werd
geplaatst.
Alvorens de inwerkingstelling
Laatste controle
Alvorens u de diepvriezer begint te gebruiken,
controleer of:
1. De voetjes zo werden geregeld dat de
koelkast perfect recht staat.
2. De binnenkant droog is en dat de lucht
achteraan vrij kan circuleren.
3. De binnenkant proper is, zoals aanbevolen
onder ”SCHOONMAAK EN ONDERHOUD”.
4. De stekker in het stopcontact zit en de
elektriciteit is aangesloten. Vermijd een
toevallige loskoppeling door de schakelaar
vast te plakken.
Ter informatie:
5. U zult een geluid horen wanneer de
compressor opstart. De vloeistof en de
gassen die zich in het koelsysteem bevinden,
zouden ook wat lawaai kunnen veroorzaken
en dit zowel wanneer de compressor aan het
werken is of niet. Dit is normaal.
6. Om verse producten in te vriezen, gebruikt
u het diepvriesvak dat voorzien is van vier
sterren (tweede schap is hiervoor
aanbevolen).
7. Plaats geen te grote hoeveelheid voedsel
tegelijkertijd in de diepvries. De
voedselkwaliteit wordt goed behouden als het
op de kortst mogelijk tijd wordt ingevroren.
Het is daarom verkieslijk om de vriescapaciteit
van het toestel, weergegeven in
"Toestelrecord", niet te overschrijden. De
thermostaatknop moet worden afgesteld om
de laagste temperatuur in de diepvriezer te
verkrijgen, met de snelvries-functie
geactiveerd en het oranje lampje verlicht.
8. Laad het toestel niet onmiddellijk, nadat
het is aangeschakeld. Wacht tot de juiste
bewaartemperatuur wordt bereikt. Wij raden u
aan de temperatuur op te meten met een
accurate thermometer (zie: Opmeting en
regeling van de temperatuur).
Belangrijke opmerking:
Open de deur niet in geval van een
elektriciteitspanne. Ingevroren voedsel wordt
niet aangetast indien de panne minder dan 16
uur duurt. Indien de panne langer duurt, moet
het voedsel worden gecontroleerd en ofwel
onmiddellijk worden opgegeten of worden
bereid en opnieuw worden ingevroren.