20 Naaicomputer gereedmaken
Transporteur
Steekplaat
Markeringen op de steekplaat
• de steekplaat is van lengtemarkeringen in
mm en inch voorzien
• mm-markeringen zijn voor op de
steekplaat zichtbaar
• inch-markeringen zijn achter op de
steekplaat zichtbaar
• de lengtemarkeringen hebben betrekking
op de afstand van de naald tot aan de
markering
• positie 0 is de plaats waar de naald in de
stof steekt (= naaldstand midden)
• de mm- of inch-markeringen staan rechts
en links aangegeven
• deze dienen als hulp bij het naaien van
naden, exact doorstikken, enz.
• de dwarslijnen zijn praktisch voor het
naaien van hoeken, knoopsgaten, enz.
Steekplaat verwijderen
• zet de hoofdschakelaar op «0»
• zet de naaivoet en naald omhoog
• zet de transporteur omlaag
•druk de steekplaat rechtsachter
naar beneden (tot de
linkervoorkant omhoogkantelt)
• verwijder de steekplaat
Steekplaat bevestigen
• leg de steekplaat op opening A en druk
hem naar beneden tot hij vastzit
Drukknop ingedrukt = transporteur omlaag (stoppositie)
• voor werkzaamheden die met de hand worden geleid (stoppen,
borduren en quilten uit de vrije hand)
• voor borduurwerk (met de borduurmodule)
Drukknop gelijk met het frame = transporteur omhoog
(naaipositie)
Transporteur en stoftransport
Laat het naaiwerk gelijkmatig onder de
naaivoet doorglijden!
Transporteur en steeklengte
Bij elke steek verschuift de transporteur één
stap. De lengte van zo’n stap hangt van de
gekozen steeklengte af. Bij een korte
steeklengte zijn de stappen ook heel klein. De
stof glijdt heel langzaam onder de naaivoet
door, ook bij maximale naaisnelheid. Knoops-
Door trekken, duwen of tegenhouden van de stof ontstaat een onregelmatige
steekvorming.
5,5 mm (mm-markering)
5,5 mm (inch-markering)
Stiksteekplaat
(speciaal accessoire)
gaten en satijnsteken worden bijvoorbeeld met
zo’n kleine steeklengte genaaid.
A
A
A