7
Activiteitsgraden
Bij het selecteren van de activiteitsgraad is de gemiddelde en langdurige benadering
beslissend.
Activiteitsgraad Lichamelijke activiteit
1 Geen.
2 Weinig: weinig en lichte lichamelijke inspanningen (bijv. wandelen, lichte
werkzaamheden in de tuin, gymnastiekoefeningen).
3 Gemiddeld: lichamelijke inspanningen, minstens 2 tot 4 keer per week, telkens 30
minuten.
4 Hoog: lichamelijke inspanningen, minstens 4 tot 6 keer per week, telkens 30
minuten.
5 Heel hoog: intensieve lichamelijke inspanningen, intensieve training of zware
lichamelijke arbeid, dagelijks, telkens minstens 1 uur.
Nadat alle parameters zijn ingevoerd, kunnen gewicht, lichaamsvet en de andere waarden
worden berekend.
8 Gebruik
Meting uitvoeren
x Kies uw gewenste functie en activeer de weegschaal door:
Functie Activering
Alleen
gewicht
Knop
indrukken of met de voet kort op het weegoppervlak tippen
Volledige
analyse
Knop S /
indrukken (of kort op het weegoppervlak tippen en dan de knop S /
indrukken)
Doelanalyse
Functieknop
indrukken
Het display schakelt in, datum en tijd verschijnen.
x Wacht tot op het display "0.0 KG" staat.
x Bij de analysefuncties kiest u nu uw gebruiker door op de knop S /
te drukken.
x Ga nu blootsvoets op de weegschaal staan. Sta rustig op de weegschaal met een
gelijkmatige gewichtsverdeling over beide benen. De weegschaal begint onmiddellijk
met de meting. Kort daarna wordt het meetresultaat getoond.
Belangrijk:
Bij de analysefuncties mag er geen contact zijn tussen beide voeten, benen,
kuiten en dijbenen. Anders kan de meting niet correct uitgevoerd worden.
x Als u het weegoppervlak verlaat, schakelt de weegschaal na enkele seconden uit.