14
TIP: Wanneer u de knoppen START/STOP/RESET of SELECT meer
dan 2 seconden ingedrukt houdt, loopt het getal in de betreffende
instelling automatisch op of richting 0, tot u de knop loslaat.
Paslengte voor wandelen en hardlopen instellen
Het is van belang dat u uw persoonlijke paslengte zo precies mogelijk
instelt voordat u de functies Afstand en Snelheid gaat gebruiken.
1. U kunt uw paslengte bepalen door een traject waarvan u de pre-
cieze lengte kent wandelend of hardlopend af te leggen, een refe-
rentieafstand. U kunt bijvoorbeeld 100 meter lopen op een atle-
tiekbaan.
2. Tel tijdens het lopen het exacte aantal stappen van start tot finish.
3. Als u vervolgens de lengte van de referentieafstand deelt door het
aantal stappen dat u hebt gezet, krijgt u uw gemiddelde paslengte.
Als u bijvoorbeeld 125 stappen hebt gezet, komt u uit op
100 m/125 stappen = 0,8 m = 80 cm.
4. Sla deze waarde op in het menu Paslengte voor Wandelen of
Hardlopen, afhankelijk van de gekozen loopvorm.
Wanneer u tijdens de training van loopvorm verandert, heeft dat
invloed op de nauwkeurigheid van de snelheids- en afstandsmeting.
Gevoeligheid van de sensor instellen voor stappen tellen
Voor een optimaal resultaat dient de gevoeligheid van de sensor voor
elke gebruiker afzonderlijk te worden ingesteld. U kunt de gevoelig-
heid instellen op vijf verschillende niveaus, waarbij 1 staat voor de
laagste gevoeligheid en 5 voor het hoogste gevoeligheid. Wij advise-
ren u om voordat u aan uw eerste training begint via testloopjes de
voor u optimale instelling te bepalen. Des te geringer uw loopsnel-
heid, des te hoger dient u het gevoeligheidsniveau in te stellen.
Gebruik van de polshartslagmeter tijdens joggen/walking
Wandel of loop een traject in uw trainingssnelheid (minimaal 50 pas-
sen). Verander niets aan uw normale armzwaai. Vergelijk het aantal