23
5. Druk op ‘ALT’ en klik met het trackwheel, om een symbool in
het ‘Home’-scherm te selecteren. Selecteer tussen verplaatsen of
verbergen van het symbool. U kunt het opnieuw bekijken
door te klikken.
6. Druk op de toets die overeenkomt met de onderstreepte letter voor
de handeling die u in de dialoogvensters wilt uitvoeren.
• Houd de betreffende tekentoets ingedrukt en draai aan het
trackwheel, om door de internationale tekens en andere symbolen te
scrollen.
• Druk tweemaal op de ‘SPACE’-toets, om bij het opstellen van een
bericht een punt in te voegen en van de volgende letter een hoofd
-
letter te maken.
• Druk op de ‘SPACE’-toets, om de tekens “.” en “@” in een
e-mailveld te plaatsen.
• Druk op de ‘SYMBOL’-toets, om het ‘Select Symbol’-scherm te
openen. Druk op de desbetreffende letter onder het door u
gewenste symbool, om dit in de tekst in te voegen.
• Druk alleen op de desbetreffende letter (zonder ‘ALT’), om cijfers in
de velden ‘Phone’ en ‘Fax’ in te voegen.
• Scroll naar een begintijd in het overzicht ‘Day’ van ‘Calendar’,
om een nieuwe afspraak in te voeren. Draai aan het trackwheel,
om de eindtijd te wijzigen.
• Druk op ‘DEL’, om een gemarkeerd teken, bericht, adres, afspraak
of autotext-fragment te wissen.
• Druk op ‘DEL’ terwijl er een datum is gemarkeerd, om alle vorige
berichten tot en met die datum te wissen.
Tips voor het selecteren
Om naar een andere optie in een keuzeveld te gaan:
1. Druk op ‘ALT’ terwijl u aan het trackwheel draait.
2. Druk op de ‘SPACE’-toets.
3. Type de eerste letters/cijfers van de gekozen optie.
4. Druk op ‘ENTER’ om het gemarkeerde item in een lijst of menu te
openen of klik met het trackwheel.
22