8.2 Leidingen en gas- netaansluitingen
• Volg steeds de landelijke normen voor toestellen op gas.
• Slechts metalen leidingen zijn toegelaten, hetzij in staal, hetzij in koper.
• Op het uiteinde van de leiding in de nabijheid van het toestel is een gekeurde afsluitkraan
noodzakelijk om het gas af te sluiten bij een eventuele ontkoppeling.
• Nagaan of er zich geen stof of vuil in de leiding bevindt alvorens deze aan te sluiten op het
toestel. Dit is zeer belangrijk voor de veiligheid van het toestel, aangezien stof of vuil de
werking van de kraanblok kan verhinderen of zelfs het afsluiten van de gastoevoer kan
blokkeren.
• Ontlucht de toevoerleiding voordat het toestel wordt aangesloten.
• Voorzie een losse overwerpmoer tussen het toestel en de gaskraan.
• De gasaansluiting is voorzien in 3/8” G binnendraad en bevindt zich rechts onder aan de
achterzijde van de haard.
• Voor de schroefdraaddichtingen wordt uitsluitend gekeurd materiaal gebruikt.
• Gebruik voor koperleidingen hardsoldeer met een smelttemperatuur hoger dan 450°.
• Het drukverlies op de leidingen mag maximum 1 mbar bedragen.
• Gebruik uitsluitend bicône aansluitingen met dikwandige moeren, minstens 0,7 x Ø.
Minderwaardige aansluitingen zijn zeer gevaarlijk daar de messingmoer na verloop van tijd
kan barsten en aldus gasontsnapping kan veroorzaken.
• Vermijd mechanische spanningen op het gasregelblok en de leidingen.
Aansluiting afvoerkanalen
Gebruik uitsluitend de originele Well Straler concentrische buizen van Ø100 inwendig en
Ø150 uitwendig en de daar bij horende accessoires. Onze toestellen zijn gekeurd met onze
concentrische buizen en eindstukken en mogen dus enkel zo gebruikt worden. Well Straler kan
de goede werking en veiligheid niet garanderen als er andere accessoires gebruikt worden en dus
ook geen verantwoordelijkheid nemen bij problemen. Originele accessoires kunnen besteld
worden bij uw erkend Well Straler verkoper.
9.1 Aansluitmogelijkheden
𝐶
11
: Luchttoevoer en rookgasafvoer via een geveldoorvoer in dezelfde drukzone.
𝐶
31
: Luchttoevoer en rookgasafvoer via een dakdoorvoer in dezelfde drukzone.
𝐶
91
: Luchttoevoer en rookgasafvoer via een dakdoorvoer in dezelfde drukzone, waarbij een
bestaande schoorsteen wordt gevoerd met een buis voor de rookgasafvoer. Via de ruimte tussen deze
buis en de bestaande schoorsteen wordt de verbrandingslucht aangevoerd.
Op de volgende bladzijde worden de verschillende mogelijke combinaties grafisch weergegeven.