(2) om de temperatuur van de voedselsonde met
+/-1°C te wijzigen.
Maximum instelbare temperatuur: 90°C
Minimum instelbare temperatuur: 30°C
De waarde van de temperatuur van de voedselsonde wordt steeds weergegeven met links daarnaast
het grafische symbool:
Opmerking:
De temperatuur van de kamer moet hoger zijn dan de temperatuur van de voedselsonde. In
het omgekeerde geval zal de weergave van de temperatuur van de kamer knipperen, wat de
foute instelling aanduidt.
Het is niet mogelijk om een tijdsduur van de bereiding in te stellen wanneer de voedselsonde
wordt gebruikt, en viceversa.
HET GEBRUIK VAN DE VOEDSELSONDE ALS THERMOMETER
Wanneer gelijktijdig op de twee toetsen
(2) wordt gedrukt, kan op het relatieve display
van de temperatuur van de sonde de onmiddellijke waarde van de temperatuur gelezen worden die
gemeten wordt door de sonde.
Maximum en minimum meetbare temperatuur: 250°C - 20°C
HET PROGRAMMEREN VAN DE INSCHAKELING VAN DE OVEN DOOR GEBRUIK
TE MAKEN VAN DE VOEDSELSONDE
Sluit de voedselsonde aan op de daarvoor bestemde connector (raadpleeg fig. A, pag. 20). Schakel
de oven in, selecteer een kookfunctie, en stel de gewenste kooktemperatuur in.
Druk vervolgens op de toets:
(9), en selecteer het trefwoord BEGIN BEREIDING met de toets
(8).
Wanneer het bericht INSTELLING TIJDSDUUR wordt weergegeven, moeten de toetsen
(3) gebruikt worden om het tijdstip van BEGIN BEREIDING in te stellen dat binnen 23 uren 59
minuten moet plaats hebben.
Bevestig de instelling met de toets
(8)
De oven wordt in de modaliteit van de vertraagde start gesteld. De oven zal op het
geprogrammeerde tijdstip automatisch ingeschakeld worden, en zal uitgeschakeld worden op het
einde van de bereiding, dus wanneer de temperatuur van het voedsel de waarde bereikt die ingesteld
werd voor de temperatuur van de sonde.
Het duidelijk bericht “
INSCHAKELING OVEN VOORZIEN BINNEN .. ..”
wordt met intervals van 15 sec. weergegeven om de tijd tot de inschakeling te melden.
Het is alleszins op elk ogenblik mogelijk om op het display deze informatie weer te geven, door op
één van de twee toetsen
(3) te drukken