6
Uw nieuwe fornuis
Hier maakt u kennis met uw nieuwe fornuis. Wij leggen u de
werking van het bedieningspaneel, de kookplaat en de
afzonderlijke bedieningselementen uit. U krijgt informatie over
de binnenruimte en de toebehoren.
Overzicht
Afhankelijk van het apparaattype zijn detailafwijkingen mogelijk.
Schakelaars
De schakelaars kunnen worden ingedrukt. Om in en uit te
schakelen in de nulstand op de schakelaar drukken. De
draaiknop heeft een nulstand. Hij kan in elke positie worden
ingedrukt.
De kookplaat
Kookzoneknoppen
Met de vier kookzoneknoppen stelt u het
verwarmingsvermogen van de afzonderlijke kookzones in.
Wanneer u een kookzone inschakelt, brandt het
indicatielampje.
Restwarmte-indicatie
De kookplaat heeft voor elke kookzone een
restwarmteindicatie. Deze laat zien welke kookzones nog heet
zijn. Ook wanneer de kookplaat uitgeschakeld is, is de indicatie
verlicht tot de kookzone voldoende is afgekoeld.
U kunt de restwarmte energiebesparend benutten en
bijvoorbeeld een klein gerecht warmhouden.
Stand Betekenis
0 Nulstand De kookzone is uitgeschakeld.
1-9 Kookstanden Het vermogen van de kookzone.
1 = laagste stand
9 = hoogste stand
ö
æ
Extra inschakeling
van kook- of braadzo-
nes
De grote kookzone met twee rin-
gen of de braadzone inschakelen