116
nl
Kleine storingen zelf verhelpen
Voordat u de klantenservice belt:
Controleer eerst of u aan de hand van de volgende punten de storing kunt verhelpen.
Als u om een monteur vraagt, en het blijkt dat hij alleen maar een advies (bijv. over de
bediening of het onderhoud van het apparaat) hoeft te geven om de storing te verhelpen,
dan moet u, ook in de garantietijd, de volledige kosten van dat bezoek betalen.
Storing
Geen enkele
indicatie brandt
De indicatie
„ “ brandt
(afb. W/5).
De binnenverlichting
functioneert niet; de
koelmachine loopt.
De bodem van de
koelruimte is nat.
Mogelijke oorzaak
Stroomuitval; de zekering is
uitgeschakeld; de stekker zit
niet goed in het stopcontact.
Storing – in de diepvriesruimte
is het te warm!
• De be- en ontluchtings-
openingen zijn afgedekt.
• Er werden te veel levensmid-
delen in één keer ingeladen
om in te vriezen.
• De deur van de diepvries-
ruimte is open.
Na het verhelpen van de
storing gaat na een tijdje de
alarmindicatie uit.
Het lampje is kapot.
De lichtschakelaar klemt
(afb.
OO
/A).
De dooiwaterafvoerbuis
(afb.
II
/B) is verstopt.
Oplossing
Controleer of er stroom is. De zekering moet zijn
ingeschakeld.
Afdekking verwijderen.
Max. invriescapacitiet niet overschrijden.
Deur sluiten.
Gloeilampje vervangen (afb.
OO
)
1. Stekker uit het stopcontact trekken resp.
zekering uitschakelen of losdraaien.
2. Schijfje (C) aan de binnenverlichting tegen
de wijzers van de klok in draaien en de
afdekking (B) eraf halen.
3. Gloeilampje vervangen (220–240 V wissel-
stroom, fitting E14, voor wattage zie het
kapotte lampje.
Controleer of er beweging in zit.
Dooiwatergootje en afvoergaatje (afb.
II
/B)
schoonmaken.