a
ʋ
ʋ
Display en toetsen
ʑ
Display
Pluizenfilter
reinigen a.u.b.
Pluizenfilter reinigen a blz. 4.
Condens-
waterreservoir
legen a.u.b.
Condenswaterreservoir legen a blz. 4 en/of filter in condenswaterreservoir
reinigena Installatie- en verzorgingshandleiding, blz. 3.
Condensor wordt
gereinigd
Automatische reiniging van de warmtewisselaar.
Condenswaterreservoir tijdens deze indicatie niet leegmaken.
ʑ
Toetsen
Droogtegraad Kiezen van het droogdoel (bijv. kastdroog) resp. de droogtijd
(20 min tot 3 h:30 min, afhankelijk van het model en het programma).
kastdroog +: Voor wasgoed met dikke, meerlaagse delen.
+ kastdroog: Voor eenlaags wasgoed.
|üstrijkdroog: Toestand van het wasgoed geschikt om te strijken
(wasgoed strijken, om kreukels te voorkomen).
Antikreuk Trommel beweegt na afloop van het programma met regelmatige
tussenpozen om kreuken te voorkomen.
Automatische functie in stappen van 30 min instelbaar
tot 120 min standaard instelling voor ieder programma 60 min.
Klaar in Bij de keuze van een programma wordt de geschatte droogtijd voor
de maximale belading getoond. Tijdens het drogen herkennen de
vochtigheidssensoren de werkelijke belading en corrigeren de
programmatijd. Dit is herkenbaar door tijdsprongen van de Klaar in tijd in het
display.
De Klaar in tijd kan in uren, tot max. 24 uur worden vertraagd.
Toets Klaar in zo vaak bedienen, tot het gewenste aantal uur wordt getoond
(h = uur).
( Kinderbeveiliging: Activeren/Deactiveren a Programma starten,
5 s lang toets Klaar in boven het display indrukken.
Menu
ÏüCentrifuge snelheid; ÐüWijzig droogtegr.; üLage temperatuur
Ï]Centrifuge snelheid: centrifugetoerental, waarmee de wasautomaat
centrifugeert a uitsluitend voor meer nauwkeurige indicatie van de
geschatte droogtijd (Klaar in - tijd).
ÐcWijzig droogtegr.: Het droogresultaat (bijv. kastdroog) kan in drie stappen
(+1 - max. +3) worden verhoogd, uitzondering: Tijdprogrammaa
voorinstelling = 0. Instelling blijft na fijninstelling van een programma voor
de andere programma's behouden.
Lage temperatuur: Verlaagde temperatuur voor gevoelig textiel ', bijv.
polyacryl, polyamide of elastaan, bij langere droogtijd.
Memory 1/2 Voor het opslaan van vaak gebruikte individuele programma-instellingen.
Het gewenste programma met programmakiezer kiezen. Toets Memory 1/2
3 sec. ingedrukt houden tot het gewenste programma is opgeslagen.
Om het opgeslagen programma te kiezen, toets Memory 1/2 kort indrukken.
Het opgeroepen programma van Memory 1/2 wordt op het display
weergegeven.
Instelmenu:
3 sec.
Signaal, Toetssignaal, Auto uitschakeling en Taal. Toetsen Instelmenu:
3 sec. gedurende 3 sec. tegelijkertijd indrukken om in het menu te komen.
Signaal, Toetssignaal: Signaalvolume instelbaar: uit - zacht - gemiddeld -
luid - zeer luid.
Auto uitschakeling: Activeren/Deactiveren door drukken op de toetsen
Instelmenu: 3 sec. De droogautomaat schakelt, afhankelijk van de gemaakte
keuze, na 15, 30 of 60 min automatisch uit. De instelling ins actief na
Antikreuk of programma-einde.
Taal: Selectie van de gewenste taal.
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
ʋ
Condenswaterreservoir leegmaken
het
a
droging legen, niet tijdens het drogen!
Condenswater afgieten. Reservoir er inschuiven totdat
a
$
$
tijd wordt na enkele minuten geactualiseerd.
Opmerkingen over het wassen ...
Aanduiding van textiel
Houd de instructies van de fabrikant aan!
hcGeschikt voor droogautomaat
(cDrogen met normale temperatuur.
'cDrogen met lage temperatuur.
)cNiet machinaal drogen.
Het volgende textiel niet in de droogautomaat drogen:
– Luchtdicht textiel (bijv. met rubber coating).
– Gevoelig weefsel (zijde, synthetische gordijnen) a kreukelvorming!
– Met olie vervuilde was.
Tips voor het drogen
– Voor een gelijkmatig droogresultaat, was sorteren op soort weefsel en droogprogramma.
– Zeer klein textiel (bijv. babysokjes) altijd samen met
groot textiel (bijv. handdoeken) drogen.
– Ritssluitingen, haken en ogen sluiten, overtrekken dichtknopen.
Stoffen riemen, schortbanden enz. samenbinden, evt. een waszak gebruiken.
– Kreukherstellende was niet te veel drogen a gevaar voor kreukels!
Was in de lucht laten nadrogen.
– Was na het drogen niet direct strijken, enkele tijd laten liggen
a het restvocht wordt dan gelijkmatig verdeeld.
– Gebreid textiel (bijv. T-shirts, tricot) krimpt vaak bij de eerste keer drogen.
a Gebruik niet het programma ÷kastdroog +.
– Gesteven was is slechts beperkt geschikt voor de droogautomaata Stijfsel laat een
aanslag achter, die invloed heeft op het drogen.
– Wasverzachter bij het wassen van de te drogen was doseren volgens de instructies
van de fabrikant.
– Bij weinig belading het tijdprogramma gebruiken.
Milieubescherming / Besparingstips
– Voor het drogen het wasgoed in de wasmachine centrifugeren a hogere
centrifugetoerentallen verkorten de droogtijd en verminderen het energieverbruik,
ook kreukherstellende was centrifugeren.
– Maximaal aanbevolen vulgewicht gebruiken, maar niet overschrijden
a programma-overzicht blz. 7.
– Tijdens het drogen de ruimte goed beluchten.
– Pluizenfilter na iedere droogbeurt reinigena pluizenfilter reinigen blz. 4.
– Toevoer van de koellucht vrijhouden a luchtinlaat niet afsluiten of dichtplakken.
Was uitnemen en droogautomaat
$
a
Schone pluizenfilters verminderen het stroomverbruik.
Afhankelijk van het gekozen programma kunnen afzonderlijke opties niet beschikbaar zijn.
? >
+c
|
ü
(
Ï] Ðc
a