A - 11 APPENDIX (SPECIFICATIES, LETTERTYPEN EN STREEPJESCODES)
Hoogte bij streepjescode, uitgerekte tekens, lijnblokken tekenen en vakken
tekenen
n = 'hnnn', 'Hnnn', 'dnnn', of 'Dnnn'
(1) EAN13, EAN8, UPC-A, ISBN (EAN13, EAN8, UPC-A),
ISBN (UPC-E): 22 mm
(2) UPC-E: 18 mm
(3) Diversen: 12 mm
Uitgerekte tekens → 2,2 mm (vooringesteld)
Lijnblokken tekenen en vakken tekenen →1 dot
Deze parameter specificeert de hoogte van streepjescodes of uitgerekte tekens zoals hierboven
aangegeven. Deze parameter kan beginnen met 'h', 'H', 'd', of 'D'. De hoogte van streepjescodes wordt
opgegeven in de door ‘u’ of ‘U’ gespecificeerde maateenheid. De standaardinstelling voor de hoogte van
de streepjescode (12 mm, 18 mm of 22 mm) wordt bepaald door de modus die is geselecteerd door ‘t’
of ‘T’.
Breedte bij uitgerekte tekens, lijnblokken tekenen en vakken tekenen
n = 'wnnn' of 'Wnnn'
Uitgerekte tekens → 1,2 mm
Lijnblokken tekenen en vakken tekenen → 1 dot
Deze parameter specificeert de breedte van uitgerekte tekens zoals hierboven aangegeven.
Uitgerekte tekens roteren
n = 'a0' of 'A1’ Rechtop (vooringesteld)
n = 'a1' of 'A1’ 90 graden gedraaid
n = 'a2' of 'A2’ Ondersteboven, 180 graden gedraaid
n = 'a3' of 'A3’ 270 graden gedraaid
Gegevensbegin van streepjescode
n = “b” of “B”
Gegevens achter ‘b’ of ‘B’ worden gelezen als gegevens in de streepjescode zelf. Gegevens in de
streepjescode moeten eindigen met de code ‘ \ ‘ (5CH), die ook deze opdracht afsluit. Welke gegevens
er voor de streepjescode kunnen worden geaccepteerd, wordt bepaald door de modus die is
geselecteerd door ‘t’ of ‘T’.
■ Als CODE 39 is geselecteerd met de parameter 't0' of 'T0'
Drieënveertig tekens '0' t/m '9', 'A' t/m 'Z', '-', ' . ', ' (spatie)', '$', ' / ', '+', en '%' worden als gegevens voor
de streepjescode geaccepteerd. Als andere tekens worden gebruikt, komen er fouten in de gegevens te
staan. Het aantal tekens dat in een streepjescode kan worden gebruikt, is onbeperkt. De gegevens in
de streepjescode beginnen en eindigen automatisch met een sterretje ' * ' (beginteken en stopteken).
Als er aan het begin of aan het einde van de ontvangen gegevens een sterretje staat ' * ' , wordt dit
sterretje als het beginteken of als het stopteken beschouwd.