Bedienungsanleitung Buderus Logatherm WPLS2-15.2 (Seite 4 von 16) (Holländisch)

743632

Zoom out

Zoom in

Vorherige Seite

1/16

Nächste Seite

Logatherm WPLS buiten- en binneneenheden – 6 720 822 013 (2017/07)

Gegevens betreffende het product

Aanpassingen en herstellingen

Verkeerde veranderingen aan de warmtepomp of an-

dere delen van de cv-installatie kunnen persoonlijk let-

sel en/of materiële schade tot gevolg hebben.

▶ Laat de werkzaamheden alleen uitvoeren door een

erkend installateur.

▶ Verwijder nooit de mantel van de warmtepomp.

▶ Voer geen veranderingen uit aan de warmtepomp of

andere delen van de cv-installatie.

Kamerlucht

De lucht in de opstellingsruimte moet vrij zijn van ont-

brandbare of chemisch agressieve stoffen.

▶ Gebruik of bewaar geen licht ontvlambare of explo-

sieve materialen in de nabijheid van de ketel (pa-

pier, benzine, verdunningen, verf, enz.).

▶ Gebruik of bewaar geen corrosieve stoffen in de na-

bijheid van de ketel (oplosmiddelen, lijm, chloor-

houdende reinigingsmiddelen, enz.).

2 Gegevens betreffende het product

Dit is een origineel bediening. Vertalingen ervan kan niet worden ge-

maakt zonder toestemming van de fabrikant.

2.1 Conformiteitsverklaring

Dit product voldoet qua constructie en werking aan de Euro-

pese richtlijnen evenals aan de bijkomende nationale vereis-

ten. De conformiteit wordt aangetoond door het CE-

kenmerk.

De conformiteitverklaring van het product kunt u aanvragen. Neem daar-

voor contact op met het adres vermeld op de achterkant van deze hand-

leiding.

3 Algemeen

De warmtepomp Logatherm WPLS.2 behoort tot een serie warmtepom-

pen, die energie uit de buitenlucht winnen voor verwarmen en voor de

warmwatervoorziening.

Door het omkeren van dit proces en het onttrekken van warmte uit het

cv-water en het afgeven daarvan aan de buitenlucht kan de warmtepomp

indien gewenst ook voor koelen worden gebruikt. Hiervoor geldt wel de

voorwaarde, dat de cv-installatie ook voor het koelbedrijf is bedoeld.

Om een complete cv-installatie te realiseren, wordt de buiten opgestel-

de buiteneenheid ODU Split op een binneneenheid IDU in het gebouw en

op een eventueel aanwezige externe warmtebron aangesloten, bijvoor-

beeld een cv-ketel. De binneneenheid met geïntegreerde elektrische bij-

verwarming of de externe warmtebron zijn bedoeld als aanvullende

verwarming bij een bijzonder hoge warmtevraag, bijvoorbeeld wanneer

de buitentemperatuur voor een effectief warmtepompbedrijf te laag is.

De cv-installatie wordt door de bedieningseenheid Logamatic HMC300

aangestuurd, die zich in de binneneenheid bevindt. De bedieningseen-

heid regelt en stuurt de installatie via verschillende instellingen voor ver-

warming, koeling, warm water en overig bedrijf. De bewakingsfunctie

schakelt bijvoorbeeld bij eventuele bedrijfsstoringen de warmtepomp

uit, zodat geen schade aan wezenlijke componenten kan ontstaan.

3.1 Regelaar

De bedieningseenheid Logamatic HMC300 in de binneneenheid stuurt

de warmteproductie aan de hand van de buitensensormeting, eventueel

in combinatie met de kamerregelaar RC 100 H (toebehoren). De tempe-

ratuur in het gebouw wordt afhankelijk van de buitentemperatuur auto-

matisch aangepast.

De gebruiker bepaalt de temperatuur van de cv-installatie, door de ge-

wenste kamertemperatuur op de bedieningseenheid of de kamerrege-

laar in te stellen.

Op de binneneenheid kunnen verschillende toebehoren (bijvoorbeeld

zwembassin-, solar- en kamerregelaar) via de EMS plus bus worden aan-

gesloten. Daardoor ontstaan extra functies en instelmogelijkheden, die

ook via de bedieningseenheid worden gestuurd. Meer informatie over de

toebehoren vindt u in de bijbehorende instructies.

3.2 Specificaties betreffende warmtepomp

Na de installatie en de inbedrijfstelling van de warmtepomp en de bin-

neneenheid zijn met regelmatige tussenpozen bepaalde werkzaamhe-

den nodig. Daarbij horen de controle, of alarmen die werden gegeven en

eenvoudige onderhoudswerkzaamheden. Deze maatregelen kan de ge-

bruiker in de regel zelf uitvoeren. Wanneer problemen echter blijven be-

staan, moet contact met de installateur van de installatie worden

opgenomen.

4 Overzicht installatie

De cv-installatie bestaat uit twee delen: de warmtepompbuiteneenheid

ODU Split in buitenopstelling en de binneneenheid met geïntegreerde

elektrische bijverwarming of bivalente mengklep in het gebouw (IDUS T/

TS/E/B).

Bovendien kan een externe warmtebron worden aangesloten, dan dient

een aanwezige elektrische, gas- of oliegestookte cv-ketel (IDUS B) als

bijverwarming.

4.1 Beschrijving van de functies

Wanneer in de installatie tapwater is aangesloten, wordt onderscheid

gemaakt tussen cv-water en tapwater. Het cv-water wordt naar de radia-

toren en naar de vloerverwarming geleid. Het tapwater wordt naar de

douche en de waterkranen geleid.

Wanneer in de installatie een boiler aanwezig is, zorgt de bedieningseen-

heid ervoor, dat de warmwatervoorziening een hogere prioriteit heeft

dan het cv-bedrijf.

4.1.1 Warmtepomp (buiteneenheid)

De warmtepomp heeft als taak, energie uit de buitenlucht te winnen en

dat aan de binneneenheid over te dragen.

De warmtepomp beschikt over een inverterregeling, dat wil zeggen, de

compressorsnelheid wordt automatisch gevarieerd, zodat exact de be-

nodigde energiehoeveelheid wordt geleverd. Ook de ventilator is toe-

rentalgeregeld en regelt de snelheid afhankelijk van de vraag. Daardoor

blijft het energieverbruik zo laag mogelijk.

Ontdooien

Bij lage buitentemperaturen kan op de verdamper ijs worden gevormd.

Wanneer de ijslaag zo dik wordt, dat deze de luchtstroom door de ver-

damper hindert, wordt een automatische ontdooiprocedure in werking

gesteld. Zodra het ijs is ontdooid, keert de warmtepomp terug naar nor-

maal bedrijf.

Bij buitentemperaturen boven +5°C gebeurt het ontdooien tijdens cv-

bedrijf met verhoogd ventilatorvermogen met lucht. Bij lagere buiten-

temperaturen wordt voor het ontdooien de doorstroomrichting van het

De warmtepomp schakelt bij een buitentemperatuur van

circa – 20 °C buitentemperatuur uit. Verwarming en

warmwatervoorziening worden dan door de verwar-

mingsstaaf in de binneneenheid of door een externe

warmtebron overgenomen.

Buderus Logatherm WPLS2-15.2 Seite 4

Brauchen Sie Hilfe? Stellen Sie Ihre Frage.

Missbrauch melden von Frage und/oder Antwort

Art des Missbrauchs:

Forenregeln

Neu registrieren

Das Handbuch wird per E-Mail gesendet. Überprüfen Sie ihre E-Mail.

Ihre Frage wurde zu diesem Forum hinzugefügt

Info