veiligheid
- De Bugaboo Cameleon is geen autostoeltje! Vervoer uw kind in de auto in een goedgekeurd
autostoeltje. Raadpleeg uw leverancier.
- Met Bugaboo adapters plaatst u gemakkelijk goedgekeurde autostoeltjes op het onderstel
van de Bugaboo Cameleon, zie “accessoires” (hoofdstuk 10).
- Laat kinderen niet met de Bugaboo Cameleon spelen. Het kind kan zich bezeren.
- Wanneer het kind in de Bugaboo Cameleon-stoel zit gebruik dan de 5-punts veiligheidsgordel,
zowel in losstaande positie als na plaatsing op het onderstel.
- Haal uw kind uit de Bugaboo Cameleon als u trappen, roltrappen of steile hellingen
op- of afgaat.
- De Bugaboo Cameleon is uitsluitend bedoeld om één kind in te vervoeren.
- Gebruik altijd de aan de duwstang bevestigde polsband.
WAARSCHUWING
• De stangen tussen de wielen zijn niet geschikt om op te staan, dit is onveilig en
kan de Bugaboo Cameleon beschadigen.
• Houd de Bugaboo Cameleon uit de buurt van open vuur en andere hittebronnen,
zoals elektrische of gaskachels, enz.
• Gebruik de Bugaboo Cameleon niet als een onderdeel gebroken, gescheurd of
incompleet is.
• Elk gewicht bevestigd aan de duwbeugel zal de stabiliteit van de kinderwagen
nadelig beïnvloeden.
• Niet met de Bugaboo Cameleon hardlopen of skaten; daar is het product niet
voor gemaakt.
• Het kan gevaarlijk zijn uw kind in de Bugaboo Cameleon alleen te laten.
• Zorg dat alle sluitingen zijn vergrendeld voor het gebruik.
• Controleer of wieg- of stoelframe op de juiste manier is geplaatst en alle
sluitingen goed zijn vergrendeld voordat u de Bugaboo Cameleon gebruikt.
• Het stoeltje is niet geschikt voor kinderen jonger dan 6 maanden.
• Gebruik geen matras dat dikker is dan 30 mm.
• Gebruik alleen het frame van de Bugaboo Cameleon met framenummer 70101
op het onderstel met onderstelnummer 70100, anders kunnen er onveilige
situaties ontstaan. Het nummer van het frame staat op een sticker aan de
binnenkant van het frame. Het nummer van het onderstel staat op een sticker
op de middenas.
• Verander de stand van het stoeltje niet wanneer het kind in het stoeltje zit.
Voorkom dat het kind valt en zich bezeert.
• Gebruik altijd de draagbeugel wanneer u het stoeltje of het wiegje optilt.
Controleer voor het gebruik van de draagbeugel of deze goed vast zit.
• Til de Bugaboo Cameleon met onderstel nooit op aan de draagbeugel terwijl het
kind in de wieg of het stoeltje ligt of zit.
• Vleugelmoeren moeten vast zitten wanneer de duwbeugel wordt omgekeerd om
vergrendeling van de duwbeugel te verzekeren.
• Altijd beide veringen van de zwenkwielen in dezelfde stand zetten. Dit voorkomt
instabiliteit.
• Laat kinderen niet zonder toezicht bij de wieg spelen.
• De wieg is alleen geschikt voor kinderen die niet zelfstandig rechtop kunnen zitten.