Gebruiksaanwijzing 3147
4
Hoe de hoogtemeter werkt
De hoogtemeter kan de hoogte meten op basis van de voorgepr ogrammeerde
waarden of een door u gespecificeerde r eferentiehoogte.
Als u de hoogte meet gebaseerd op de voorgeprogrammeer de waarden
De door de luchtdruksensor van het horloge gemeten waarde wordt geconverteer d
in een schatting van de hoogte gebaseerd op in het geheugen opgeslagen ISA
(International Standard Atmosphere) conversiewaarden.
Als u de hoogte meet met gebruikmaking van een door u gespecificeerde
referentiehoogte
Nadat u een referentiehoogte heeft gespecificeer d, gebruikt het horloge die waarde
om de huidig gemeten luchtdrukwaarde naar een schatting van de hoogte te converte-
ren.
• Als u een berg beklimt, kunt u de
referentiehoogte instellen in over eenstemming
met een markeerpunt onderweg of
hoogte-informatie van een kaart.
De hoogtemetingen zullen dan
nauwkeuriger zijn dan zonder een
ingestelde referentiehoogte.
Uw huidige hoogte tonen
U kunt de in deze sectie beschreven bediening gebruiken om uw huidige hoogte te
laten tonen. Als u het horloge in de hoogtemeterfunctie laat, zal de getoonde
hoogtewaarde regelmatig vernieuwd worden en linksboven op het display wijzigingen
tussen afzonderlijke metingen getoond worden. U kunt een van de volgende twee
hoogtemeetwijzen selecteren:
0’05 : Metingen met 5-seconden intervallen gedurende een uur
2’00 : Metingen met 5-seconden intervallen gedurende de eerste drie minuten
gevolgd door 2-minuten intervallen gedurende ongeveer 10 uur
• Zie “Het hoogtemetinginterval selecteren” voor meer informatie over het instellen
van het hoogtemeetinterval en –duur .
Belangrijk!
• Met de bediening in deze sectie worden de waar den van uw huidige hoogte alleen
getoond zonder dat deze in het geheugen worden opgeslagen. Zie “Hoogtegege-
vens opslaan” voor informatie over het opslaan van hoogtemetingen in het
geheugen.
Uw huidige hoogte tonen
1. Druk in de tijdfunctie op
Ꭿ
om de hoogtemeterfunc-
tie te selecteren.
• Het horloge begint automatisch een hoogtemeting
en toont het resultaat.
• Het kan vier tot vijf seconden dur en voordat de
eerste hoogtemeting verschijnt.
2. Als u het horloge in de hoogtemeterfunctie laat wor dt
de huidige waarde voor de hoogte en het hoogtever -
schil overeenkomstig het hoogteverschil metinginter -
val aangepast.
• Druk op
Ꭿ
als u de hoogtemeting op een
willekeurig moment wilt herstarten.
3. Druk op
൳
om de hoogtemeting te stoppen en de
hoogtemeterfunctie te verlaten.
Noot
• Normaliter zijn de getoonde hoogtewaarden gebaseer d op de in het horloge
voorgepr ogrammeerde conversiewaarden. U kunt desgewenst ook een r eferentie-
hoogte specificeren. Zie “Een refer entiehoogte specificeren”.
• De hoogte wordt getoond met stappen van 5 meter (20 voet).
• Het meetbereik voor de hoogte is –700 tot en met 10.000 meter (-2.300 tot en met
32.800 voet).
• De gemeten hoogte kan een negatieve waarde zijn in gevallen waar een r eferentie-
hoogte is ingesteld of vanwege bepaalde atmosferische omstandigheden.
• De getoonde hoogtewaarde verandert naar
x x x x meter (of voet) als een gemeten
hoogte buiten het meetbereik is. De hoogtewaarde wor dt weer getoond zodra de
gemeten hoogte binnen het toegestane bereik is.
• U kunt voor de getoonde hoogtewaarde meter (m) of voet (ft) als meeteenheid
selecteren.
• Tijdens een hoogtemeting kan het mogelijk zijn dat de actuele tijd niet meer correct
wordt weer gegeven. De juiste tijd wordt dan echter nog wel intern door het horloge
bijgehouden.
• Druk in de hoogtemeterfunctie op
Ꭽ
om tussen de hoogtegrafiek en de hoogtever -
schilindicator te wisselen. De hoogteverschilindicator toont het relatieve verschil
tussen de laatste en de vorige hoogtemeting.
• Als de huidige hoogtemeting buiten het hoogtemetingbereik (–700 tot en
met 10.000 meter / -2.300 tot en met 32.800 voet) is, wordt voor de
hoogteverschilindicator geen waarde getoond.
Een hoogtemeetinterval selecteren
1. Houd in de hoogtemeterfunctie
Ꭽ
gedurende
ongeveer twee seconden of totdat
OFF of de
huidige referentiehoogtewaar de begint te knipperen
ingedrukt, wat aangeeft dat het instelscherm is
geselecteerd.
2. Druk op
൳
om de huidige hoogtemeetinterval-
instelling te laten verschijnen.
• Hier door begint 0’05 of 2’00 op het display
te knipperen.
3. Druk op
Ꭽ
om de instelling tussen 0’05 en 2’00
te wisselen.
• 0’05: Metingen met 5-seconden intervallen
gedurende een uur
• 2’00: Metingen met 5-seconden intervallen
gedurende eerste drie minuten gevolgd
door 2-minuten intervallen gedurenden
ongeveer 10 uur
4. Druk op
Ꭽ
om het instelscherm te verlaten.
Hoogtegegevens in het geheugen opslaan
Bij een hoogtegegevens opslagbediening worden verschillende gegevenssets
opgeslagen.
• U kunt handmatig hoogtemetingen uitvoeren, die inclusief de meetdatum (jaar ,
maand, dag) in het geheugen worden opgeslagen. In het geheugen kunnen
maximaal 20 hoogtegegevenssets (metingen) worden opgeslagen.
• De hoogtemeterfunctie beschikt over een stopwatch (in aanvulling op de
stopwatchfunctie van het horloge) die u kunt gebruiken om uw klimgegevens te
meten. T erwijl de hoogtemeterfunctie-stopwatch loopt, voert het horloge
automatisch hoogtemetingen uit (zonder deze in het geheugen op te slaan). Elke
keer dat u de hoogtemeterfunctie-stopwatch opnieuw op 0 instelt, worden de
tijdens de laatste hoogtemeterfunctie-stopwatchmeting bereikte maximale en
minimale hoogte en de cumulatieve hoogtetoename en afdaling in een “huidige
stopwatchsessie gegevensset” opgeslagen.
• Een afzonderlijke “historische gegevensset” houdt de maximale en minimale
hoogte en de cumulatieve hoogtetoename en afdaling van alle hoogtemeterfunctie
stopwatchsessies bij.
Handmatig een hoogtemeting uitvoeren
1. Druk op
Ꭿ
om de hoogtemeterfunctie te selecteren.
2. Houd
Ꭿ
gedurende ongeveer een seconde ingedrukt totdat REC op het display
begint te knipperen.
• T egelijkertijd klinkt een signaal en wordt de huidige hoogtemeting inclusief de
huidige datum (jaar , maand, dag) en tijd in het geheugen opgeslagen.
3. REC stopt te knipperen en het horloge keert automatisch terug naar de hoogteme-
terfunctie nadat de gegevensopslag is afgerond.
• In het geheugen kunnen maximaal 20 hoogtegegevenssets worden opgeslagen.
Wanneer u een nieuwe meting opslaat terwijl er al 20 gegevenssets in het geheugen
zijn opgeslagen, wordt de oudste gegevensset verwijderd om plaats te maken voor
de nieuwe meting.
Hoogtemetingen met gebruikmaking van de hoogtemeterfunctie-stopwatch
uitvoeren
1. Gebruik in de tijdfunctie
Ꭿ
om de hoogtemeterfunctie te selecteren.
• Het horloge begint automatisch een hoogtemeting. Onthoud dat de metingen
niet worden opgeslagen.
2. Druk op
൴
om de hoogtemeterfunctie-stopwatch te starten.
• T erwijl de hoogtemeterfunctie-stopwatch loopt, worden op het display de
verstreken tijd, huidige hoogte en de hoogteverandering vanaf de start van de
stopwatchmeting getoond.
3. Stel wanneer u klaar bent met het gebruik van de hoogtemeterfunctie-stopwatch
deze opnieuw op 0 in.
• U kunt terwijl een hoogtemeterfunctie stopwatchmeting loopt tussen de hoogtegra-
fiek en de hoogteverschilindicator wisselen door op
Ꭽ
te drukken. De hoogtever -
schilindicator toont grafisch hoe de huidige hoogtemeting van de vorige meting
verschilt. Het type indicator dat verschijnt hangt af van het relatieve hoogteverschil.
400
B
A
Huidige hoogte
Hoogtegrafiek
Hoogteverschil sinds
start hoogtemeterfunctie
stopwatchmeting
Hoogtemeterfunctie
stopwatch
verstreken tijd
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
Hoogtegrafiek Hoogteverschilindicator
Meer dan +20m
+15m
+10m
+5m
±0m
–5m
–10m
–15m
Minder dan – 20m
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
Hoogteverschil -
indicator
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
l
Hoogtemeetinterval