DROPFOOT (13 MIN, GETRIGGERD)
Frequentie 50 Hz
Duur van stijgen 0,5 s
Duur van fase 1,5 s
Duur van dalen 0,25 s
DROPFOOT
Wanneer? Na een beroerte is een zogenoemd dropfootpatroon heel gebruikelijk.
Het ontstaat door een verhoogde tonus van de kuitspier en/of
verlamming van de buigspier van de voet.
Dit programma wordt niet aanbevolen indien:
a) de stimulatie tot een spastische reex in het been of de voet leidt
b) de spasticiteit in de kuitspier aanzienlijk is. Probeer een programma
dat als voorbereiding de tonus verhindert.
Waarom? Dit programma stimuleert de voorkant van het onderbeen. Het zorgt voor
een samentrekking in de zwaaifase bij het lopen, waardoor voorkomen
wordt dat de voet valt.
Hoe? Plaats een elektrode onder de bulakop bij de doorgang van de peroneale
zenuw. Afhankelijk van de gewenste positie van de voet plaatst u de
andere elektrode op de tibialis anterior of op de musculus peroneus. De
stimulatie wordt getriggerd, wat inhoudt dat u de stimulatie handmatig
kunt starten. Verhoog de stroom voor de eerste samentrekking. Om de
stimulatie te triggeren, drukt u kort op de knop + van kanaal 1 voor de
volgende samentrekking.
Elektroden Plaats een elektrode onder de bulakop bij de doorgang van de peroneale
zenuw. Afhankelijk van de gewenste positie van de voet plaatst u de
andere elektrode op de tibialis anterior of op de musculus peroneus. Zie
Plaatsing van de elektroden.
Intensiteit In dit geval moet voldoende intensiteit worden gebruikt om een
samentrekking te verkrijgen die voorkomt dat de voet valt bij de
zwaaifase bij het lopen.
Optie 2+2 Nee.
Spasticiteit