36
Werking van de toestellen
De verwarmingsketel vullen
Voor de eerste ingebruikname en na het aftappen.
Fig B :
1. Verifieer of de afsluitklep/afvoerklep (14) is
gesloten (a).
2. Zet de waterpomp aan (hoofdschakelaar of
schakelaar van de pomp) (b).
3. Open de warmwaterkraan in de badkamer of
de keuken, (stand van de (eenknops) mengkraan op
“warm”), totdat de verwarmingsketel gevuld is met
water, alle lucht verdwenen is en het water stroomt.
4. In geval van vorst kan het gebeuren dat het vullen
verhinderd wordt door een ijsprop in het overgebleven
water. Doe in dat geval de verwarmingsketel aan (max.
2 minuten), om daarna tot vullen te kunnen overgaan.
Ontdooi de bevroren leidingen door de binnenruimte te
verwarmen.
a
b
c
Inschakeling
Let op: nooit de verwarmingsketel inschakelen als deze niet
met water gevuld is.
Verwijder de kap van de schoorsteen aan de buitenzijde.
Open de kraan van de gasfles en de kraan van de
gastoevoerleiding.
Zet de verwarmingsketel aan met behulp van de schakelaar
van figuur (A), op de gewenste temperatuur (b)
.
Als de gasleiding met lucht gevuld is, duurt het een
minuut voordat het gas bij de brander aankomt. Indien
gedurende die tijd het toestel een “storing” aangeeft
(rood lampje), herhaal dan de startprocedure na het
toestel uitgeschakeld te hebben.
Minuten wachten alvorens opnieuw te beginnen.
?