34
Computerhandleidung
De geleverde computer biedt u optimaal trainingscomfort. Alle voor
de training relevante waarden worden op het display weergegeven.
Om de computer in te schakelen, gaat u op het trainingstoestel
zitten en maakt u een paar pedaalomwentelingen. De computer
schakelt in en kan nu door u worden ingesteld.
A. Toetsfuncties
1. „+/-“ toetsen
Met deze beide toetsen kunt u in het programmamenu de
afzonderlijke programma’s selecteren (+ = oplopend vanaf
programma 1 // - = teruglopend vanaf programma 12).
In het functiemenu kunt u de tijd instellen. (+ = oplopend vanaf 5
minuten // - = teruglopend vanaf 99 minuten).
Voor de programma’s 11 en 12 kunt u met deze toetsen de vereiste
leeftijdsgegevens invoeren ( + = oplopend vanaf 25 jaar // - =
teruglopend vanaf 99 jaar).
Tijdens de training kunt u met deze toetsen de pedaalweerstand
wijzigen (+ = stand 1 t/m 8 // - = stand 8 t/m 1).
Door eenmaal op de toets te drukken wisselt u stapsgewijs naar
de volgende waarde. Als u een hogere waarde wilt invoeren, houdt
u een van de beide toetsen ingedrukt. Daarmee activeert u een
snelle voor- of terugloop die u gewoon kunt onderbreken door de
toets los te laten.
2. E-toets
Met deze toets bevestigt en bewaart u met een eenmalige druk op
de toets de met de „+ en -“ toetsen ingevoerde waarden. Daarna
kunt u verder naar de volgende in te stellen functie.
3. S-toets
Met deze toets kunt u de training starten en beëindigen. Daartoe
drukt u deze toets eenmaal kort in. Alle laatst bereikte waarden
worden vastgehouden. Als u na een korte trainingspauze weer
verder wilt trainen, drukt u de S-toets weer eenmaal kort in en u
kunt weer trainen. Als u de computer via de S-toets hebt stilgezet,
schakelt deze na verloop van ca. 5 minuten automatisch uit. Alle
tot dan bereikte en ingevoerde 2 waarden worden gewist en bij
een hernieuwde start van de computer staan alle waarden weer
op nul.
4. F-toets
Met deze toets kunt u kiezen, welke van de dubbele functies
„OPM+KM/H“ en „CAL+WATT“ moet worden weergegeven, d.w.z.
al naar gelang uw instelling verschijnen ofwel KM/H en CAL of OPM
en WATT gezamenlijk op het display.
Door middel van de F-toets kunt u ook alle laatst behaalde waarden
van alle functies ineens wissen. Daartoe moet u de F-toets ca. 5
seconden lang ingedrukt houden. Alle weergaven van de computer
branden even en alle waarden worden op nul gezet.
B. Functies
Als u de computer hebt ingeschakeld, kunt u door middel van de
„+ en -“ - toetsen de door u gewenste trainingsduur kiezen.
De door u ingevoerde tijd wordt in tien tijdvakken verdeeld. Deze
tijdvakken worden gesymboliseerd door de horizontaal verlopende
balken op het display. Het later door u geselecteerde programma
wordt in deze tijdvakken verdeeld en de wissel van weerstanden
wordt dienovereenkomstig uitgevoerd. (Voorbeeld: u voert tien
minuten trainingsduur in. De computer wisselt elke minuut van het
ene naar het andere tijdvak van het geselecteerde programma).
Als u geen tijd invoert, correspondeert elk tijdvak met een duur
van zes minuten; d.w.z. elk programma duurt 60 minuten.
1. TIJD-weergave
Zonder extra invoer wordt de benodigde tijd vanaf nul tellend
weergegeven in minuten en seconden. Als door middel van de „+/
-“- toetsen een bepaalde waarde is ingegeven, wordt deze tot nul
terugtellend aangegeven. Als het ingestelde doel is bereikt, meldt
de computer dit door middel van een akoestisch signaal.
(limiet van de weergave: 99,59 minuten).
Als u een tijd hebt ingevoerd, bevestigt u deze door de E-toets
eenmaal in te drukken. Door middel van de „+/-“-toetsen kunt u nu
het door u gewenste programma selecteren.
2. Programma’s
A. Programma 1
Programma 1 is een handbediend programma, d.w.z. dat de
weerstandsinstelling constant blijft en de training is ingedeeld zoals
bij het fietsen op een gelijkmatig stijgend parcours. Met behulp
van de „+/-“-toetsen kunt u op elk moment een hogere of lagere
moeilijkheidsgraad instellen.
B. Programma 2-10
De programma’s 2 - 10 zijn programma’s met vaststaande,
wisselende verhogingen en verminderingen van de weerstand.
D.w.z. dat de weerstand wisselt op bepaalde trajecten en de
training is ingedeeld zoals bij het beklimmen en afdalen tijdens
bergritten. Ook hier kunt u met behulp van de „+/-“-toetsen op elk
moment een hogere of lagere moeilijkheidsgraad instellen.
C. Programma’s 11 en 12
De programma’s 11 en 12 zijn programma’s die afhankelijk van de
polsslag functioneren. D.w.z. dat u voor deze programma’s eerst
uw leeftijd moet invoeren. Aan de hand van uw leeftijd berekent de
computer dan de maximale polsslag (= 100 %). In programma 11
hanteert de computer als maximum een waarde die bij 60 % van
de maximale polsslag ligt. In programma 12 hanteert de computer
als maximum een waarde die bij 85 % van de maximale polsslag
ligt.
Baserend op deze waarden stuurt de computer nu automatisch
de weerstandsregeling zodanig, dat u tijdens de training binnen
het bereik van de betreffende maximale waarde blijft. D.w.z.: als
de maximale polsslag op 60 % of bijv. 165 slagen per minuut is
berekend, stelt de computer de weerstand zodanig in dat uw
posslag binnen de grens van 165 slagen per minuut blijft. Komt u
ver boven of onder deze waarde uit, vermindert of verhoogt de
computer de weerstand dienovereenkomstig totdat de polsslag
weer binnen dit bereik van 165 slagen per minuut ligt.
Deze programma’s functioneren alleen bij correct aangelegde
polsbandmeter.
3. Dubbele weergave KM/H en OPM
Deze weergave biedt twee functies. Door middel van de F-toets
kunt u tijdens de training steeds wisselen van de ene naar de
andere weergave om de desbetreffende waarde te kunnen aflezen.
Daarbij moet u eraan denken dat al naar gelang de wissel in deze
weergave ook steeds een wissel plaatsvindt van de dubbele
weergave CAL. en WATT.
A. KM/H-weergave:
Hier wordt de gemeten snelheid in kilometers per uur weergegeven.
Deze functie kan niet worden beïnvloed door de „+/-“-toetsen. De
laatste waarde wordt niet opgeslagen.
(limiet van de weergave: 99,99 KM/H)
B. OPM-weergave
Hier wordt het gemeten aantal pedaalomwentelingen per minuut
weergegeven. Deze functie kan niet worden beïnvloed door de „+/
-“-toetsen. de laatste waarde wordt niet opgeslagen.
(limiet van de weergave: 199 OPM)
4. KM-weergave
Hier wordt de afgelegde afstand in kilometers vanaf nul tellend
weergegeven in kilometers en meters. Deze functie kan niet worden
beïnvloed door de „+/-“-toetsen. De laatste waarde wordt niet
opgeslagen (zie hierboven).
(limiet van de weergave: 999,9 kilometer)
5. Dubbele weergave CAL en Watt:
Deze weergave biedt twee functies. Door middel van de F-toets
kunt u tijdens de training steeds wisselen van de ene naar de
andere weergave om de desbetreffende waarde te kunnen aflezen.
Daarbij moet u eraan denken dat al naar gelang de wissel in deze
weergave ook steeds een wissel plaatsvindt van de dubbele
weergave OPM en KM/H.
A. CAL - weergave
Hier wordt het aantal verbruikte calorieën tellend vanaf nul
weergegeven. Deze functie kan niet worden beïnvloed door de „+/
-“-toetsen. De laatste waarde wordt niet opgeslagen (zie
hierboven).
(limiet van de weergave: 9999 calorieën).
B. WATT - weergave
Hier wordt de prestatie in Watt weergegeven. Deze functie kan niet
worden beïnvloed door de „+/-“-toetsen. De laatste waarde wordt
niet opgeslagen
(limiet van de weergave: 999,9 Watt)
6. Dubbele weergave LEEFTIJD en MAX. POLS
Deze weergave heeft een tweedelige functie en kan niet worden beïnvloed
door middel van de F-toets.
A. LEEFTIJD - weergave
Hier moet u voor de programma’s 11 en 12 uw leeftijd invoeren. Aan de
hand van deze leeftijd berekent de computer de desbetreffende
maximale polsslag. Deze functie kan worden aangepast door middel
van de „+/-“-toetsen. De laatste waarde wordt niet opgeslagen.
(minimum leeftijd voor de weergave: 25 jaar - maximum leeftijd voor de
weergave: 99 jaar)
