P R A K T I S C H E I N F O R M A T I E
Als na vijf tot zeven minuten de
desbetreffende bandenspanning
niet bereikt kan worden, kan de
band niet met de set gerepareerd
worden; neem dan contact op met
het CITROËN-netwerk om u te
helpen.
Activeer de compressor door de
schakelaar B in de stand "1" te
zetten, tot de bandenspanning
2,0 bar bedraagt.
Verwijder de set en zorg ervoor
dat restanten van de vloeistof
niet in de auto terecht kunnen
komen. Houd de set bij de hand.
Rijd onmiddellijk ongeveer vijf
kilometer met beperkte snelheid
(tussen 20 en 60 km/h), zodat
het afdichtmiddel het lek kan
dichten.
Zet de auto stil en controleer de
reparatie en de bandenspanning
met de set.
Zet de schakelaar A in de stand
"Bandenspanning (AIR)".
Sluit de zwarte slang D aan op
het ventiel van de gerepareerde
band.