Bedieningselementen
Toets “A”
• Kort indrukken: Bevestigen van een instelling
Verlichting enige seconden activeren
• 3 sec. indrukken: In de tijdmodus: De tijd instellen
In de functiemodi: Waarden terugzetten
Toets “B”
• Kort indrukken: Selectie van een functie
Wijzigen van een instelwaarde
• 3 sec. indrukken: Scanmodus activeren
Aan- en uitzetten
Indien geen displayweergave beschikbaar is zet u de fietscomputer aan door kort een willekeurige toets in te
drukken. Mocht dit niet mogelijk zijn, controleer dan de batterij van de fietscomputer en vervang deze indien
nodig.
Wanneer geen toets werd ingedrukt of geen verplaatsing werd gemeld via de radiotelegrafische sensor scha-
kelt de fietscomputer zich na ca. 5 minuten automatisch uit om stroom te besparen.
De radiotelegrafische sensor kan niet worden uitgeschakeld. Deze verbruikt echter zo weinig stroom, dat uit-
schakelen niet nodig is.
Basisinstellingen
Houd beide toetsen van de fietscomputer ongeveer 3 seconden ingedrukt, zo worden alle displaysegmenten
weergegeven, laat nu de toetsen los.
In de display knippert de waarde voor de wielomvang (in millimeters). Wijzig de
waarde met de rechtertoets (B), houd de toets voor een snelle aanpassing langer
ingedrukt. Met de linkertoets (A) gaat u steeds links naar de volgende positie.
Na de invoer van de vierde positie voor de wielomvang en de bevestiging met de
linkertoets (A) knippert de eenheid voor het traject. Kies met de rechtertoets (B)
tussen “KM” (kilometer) en “M” (mijl). Bevestig uw instelling met de linkertoets (A).
Voer hier uw leeftijd in. Zoals gebruikelijk wijzigt u de knipperende waarde met de
rechtertoets (B); ga met de linkertoets (A) naar de volgende invoerpositie.
Voer hier uw gewicht in. Wijzig de knipperende waarde met de rechtertoets (B);
ga met de linkertoets (A) naar de volgende invoerpositie. Indien verder boven
“KM” (kilometer) als eenheid voor het traject werd ingesteld, voert u hier de
waarde in “Kilo” in. Bij de instelling “M” (mijlen) dient de waarde in Engelse
Ponden te worden ingesteld.
Bij de laatste instelling kan met de rechtertoets (B) het traject voor de service-
interval (bijv. bandenspanning controleren of iets dergelijks) worden gewijzigd.
Na het afleggen van het ingestelde traject wordt in de display een klein steeks-
leutelsymbool ingevoegd.
Druk de linkertoets (A) in om de instelmodus te verlaten en onder in de display
verschijnt de tijd.
12/24h-modus + tijd instellen
• Druk net zo vaak de rechtertoets “B” in totdat de tijd wordt weergegeven.
• Houd vervolgens de toets “A” ongeveer 3 seconden ingedrukt totdat in de display “24” (resp. “12”) knippert.
• Kies met de rechtertoets “B” tussen de 12h- en 24h-modus. Druk op de linkertoets “A” ter bevestiging.
• De uren van de tijd beginnen nu te knipperen. Stel de uren in met de rechtertoets (B), houd de toets voor
een snelle aanpassing langer ingedrukt. Druk op de linkertoets “A” ter bevestiging.
• De minuten van de tijd beginnen nu te knipperen. Stel de minuten in met de rechtertoets (B), houd de toets
voor een snelle aanpassing langer ingedrukt. Druk op de linkertoets “A” ter bevestiging.
• De instelmodus wordt verlaten, de ingestelde tijd verschijnt in de display.
Bediening
Wanneer de fietscomputer zich in de normale weergave bevindt (dus niet in de basisinstelling of de tijdinstel-
ling), dan kan met de rechtertoets “B” een van de volgende functies worden geselecteerd:
Neem voor de keuze van de 12/24h-modus en de instelling van de tijd hoofdstuk
“12/24h-modus selecteren + tijd instellen” in acht, zie boven.
Druk kort de rechtertoets “B” in om naar de volgende functie te gaan.
Wanneer in de display links “ODO” wordt weergegeven, wordt beneden het tot nu
toe afgelegde totale traject sinds de eerste ingebruikname weergegeven.
Na het vervangen van de batterijen zijn deze gegevens echter verloren.
Om het traject weer in te voeren houdt u de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt,
totdat de laatste positie begint te knipperen. Met de rechtertoets “B” wordt de
waarde ingesteld. Bevestig de invoer met de linkertoets “A”, zo kan de volgende
positie worden ingevoerd.
Na invoer van de laatste positie gaat u met de linkertoets “A” weer terug naar de
normale weergave.
“DST”: Hier wordt het afgelegde dagtraject weergegeven. Dit kan op “00000”
worden teruggezet door de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt te houden.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“MXS”: Op de onderste displayregel wordt de tot nu toe geldende maximumtem-
peratuur weergegeven. Deze kan worden gewist door de linkerrtoets “A” 3
seconden ingedrukt te houden.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“AVS”: In de onderste displayregel verschijnt de gemiddelde snelheid van het
huidige dagtraject. Deze wordt bij het terugzetten van het dagtraject (zie boven
onder “DST”) eveneens gewist.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“TM”: De tijd onder in de display geeft de duur van het dagtraject aan. Alleen de
tijd waarin de fietscomputer via de sensor een beweging van de fiets waarneemt
wordt weergegeven. Bij stilstand (bijv. bij een pauze) wordt de tijd gestopt. De tijd
wordt bij het terugzetten van het dagtraject (zie boven onder “DST”) eveneens
gewist.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
Als volgende functie verschijnt de actuele temperatuur.
Om tussen de temperatuureenheid “°C” (graden Celsius) en “°F” (graden
Fahrenheit) om te schakelen dient u de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt te
houden. Daarna knippert de temperatuureenheid, schakel deze met een korte
druk op de rechtertoets “B” om. Bevestig de keuze door kort op de linkertoets “A”
te drukken.
Wanneer de temperatuur wordt weergegeven kunt u steeds met een korte druk
op de toets omschakelen naar de weergave van de maximum- en minimumtem-
peratuur. Bij de maximumtemperatuur wordt links naast de temperatuur een “H”
weergegeven (zie afbeelding links), bij minimumtemperatuur een “L”.
Wanneer de maximum- resp. minimumtemperatuur wordt weergegeven (zie
afbeelding links) kan deze worden gewist door de linkertoets “A” 3 seconden inge-
drukt te houden. In de display verschijnen kort drie streepjes (bijv. “L - - - “), daar-
na wordt de huidige temperatuurwaarde als maximum- resp. minimumwaarde
overgenomen en verschijnt in de display.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“SW”: Dit is de in de fietscomputer geïntegreerde stopwatch. Deze kan door kort
indrukken van de linkertoets “A” worden gestart en gestopt.
Houd de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt om de stopwatch op “00000” terug
te zetten.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“CAL”: De fietscomputer berekent uit de door u ingevoerde waarden voor gewicht
en leeftijd en het afgelegde traject resp. de tijd een waarde voor het calorieën-
verbruik tot nu toe.
Houd de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt om de weergegeven waarde op
“00000” terug te zetten.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“CAL F”: Analoog ten opzichte van de weergave van de verbruikte calorieën (zie
boven) wordt hier de waarde voor het door het lichaam “verbrande” vet
weergegeven.
Houd de linkertoets “A” 3 seconden ingedrukt om de waarde op “0” terug te
zetten.
Druk kort de rechtertoets “B” in om de volgende functie weer te geven.
“SCAN”: Hier schakelt de fietscomputer automatisch om tussen de weergave van
het dagtraject (“DST”), de maximumsnelheid (“MXS”), de gemiddelde snelheid
(“AVS”) en de duur van het dagtraject (“TM”).
Door op de rechtertoets “B” te drukken keert u terug naar het begin (functie
“ODO”).
Linkertoets (A) 3 seconden
indrukken