5
Sluit de wasmachine op de waterleiding aan met nieuwe slangen. Gebruik oude slangen niet nog
een keer.
Bij gebruik van één waterkraan of één inlaatklep moet de inlaatslang worden aangesloten op de
koudwaterkraan.
Optie : Let goe op of u de juiste kraan gebruikt (warm of koud).
Bij een gewone kraan
Bij een kraan met schroefdraad
AANSLUITEN OP DE WATERLEIDING
1 Trek de kraag van de
inlaatslang naar beneden
om hem los te koppelen
van het verloopstuk.
2 Draai de vier boutjes
zover los, dat de kraan er
in past.
3 Plaats het verloopstuk
over de kraan en draai de
vier boutjes gelijkmatig
aan terwijl u het
verloopstuk tegen de
kraan duwt. De rubber
afdichtring moet strak
tegen de kraan komen te
zitten.
4 Verwijder de tape en
schroef aansluitstuk B
stevig op aansluitstuk A.
5 Trek de kraag van de
slang weer naar beneden
om hem op het
verloopstuk te kunnen
schuiven.
6 Schroef het aansluitstuk
voor de inlaat stevig in de
waterinlaat. Draai met de
klok mee.
• Controleer de rubber afdichting
van het aansluitstuk voor de
inlaat.
1 Draai het aansluitstuk van
de inlaatslang stevig op
de kraan.
2 Gebruik zonodig het
verloopstuk.
3Schroef het aansluitstuk
voor de inlaat stevig in de
waterinlaat.
*Controleer de afdichting van
het aansluitstuk.