9.Draai, om het apparaat uit te schakelen, de
functiekeuzeknop in de stand “O” (fig.13).
LET OP: bij het eerste gebruik van het apparaat,
moeten alle accessoires en de interne leidingen
worden gespoeld door minstens vijf kopjes te zetten
zonder gemalen koffie te gebruiken.
HOE CAPPUCCINO TE BEREIDEN
1.Zet espressokoffie zoals beschreven in de vorige
paragrafen en gebruik voldoende grote koppen.
2.Draai de functiekeuzeknop in de stand stoom
(fig. 14) en wacht tot het controlelampje “OK” (fig.
6) oplicht. Het controlelampje brandt om aan te
duiden dat de stoomketel de ideale temperatuur
bereikt heeft om stoom te produceren.
3.Vul intussen een kannetje met circa 100 gram melk
per cappuccino die men wenst te bereiden. De melk
moet op koelkasttemperatuur zijn (niet warm!). Houd
er bij het kiezen van het kannetje rekening mee dat
het melkvolume 2 tot 3-maal toeneemt.
OPMERKING: MEN ADVISEERT HET GEBRUIK VAN
HALFVOLLE MELK OP KOELKASTTEMPERATUUR .
4.Zet het kannetje met melk onder het
cappuccinomondstuk (fig. 15).
5.Dompel het cappuccinomondstuk ongeveer 5 mm onder
in de melk en draai de stoomknop tegen de wijzers van
de klok in, zoals geïllustreerd in fig. 16 (door de knop
minder of meer te draaien wordt de hoeveelheid stoom
die uit het cappuccinomondstuk komt geregeld). Het
melkvolume begint toe te nemen en wordt romig.
6.Dompel, wanneer het volume van de melk
verdubbeld is, het cappuccinomondstuk dieper in de
melk, die zo verder verwarmd wordt (fig.17).
Onderbreek, zodra de gewenste temperatuur bereikt
wordt (de ideale waarde is 60°C), de stoomafgifte
door de stoomknop in wijzerzin te draaien en de
functiekeuzeknop in de stand “O” te zetten (fig. 13).
7.Schenk de opgeschuimde melk in de kopjes die de
eerder gezette espressokoffie bevatten. IDe cappuccino
is klaar. Voeg suiker naar believen toe en strooi
eventueel wat cacaopoeder op het melkschuim.
Opmerking: indien u koffie wilt zetten nadat u pas
melk hebt opgeschuimd, dient gewacht te worden tot
de stoomketel afgekoeld is, omdat de koffie anders
verbrandt. Zet, om de stoomketel af te koelen, een
bakje onder de sproeier, draai de functiekeuzeknop
in de stand “afgifte koffie” en laat water uitlopen tot
het controlelampje OK dooft. Zet de
functiekeuzeknop weer in de stand en zet de
koffie op de manier beschreven in de vorige
paragrafen.
BELANGRIJK: het cappuccinomondstuk na het
gebruik altijd reinigen. Als volgt te werk gaan:
1.Geef gedurende enkele seconden stoom af, door de
stoomknop open te draaien (fig. 16).
2.W
acht enkele minuten tot de afgiftepijp van de stoom
afgekoeld is. Schroef het cappuccinomondstuk in
wijzerzin los (fig. 18) en was hem grondig met lauw
water.
3.Controleer of de drie gaatjes in het
cappuccinomondstuk en aangeduid in fig. 19 niet
verstopt zijn. Reinig ze eventueel met behulp van een
naald.
4.Maak het afgiftepijpje van de stoom schoon en let
erop u niet te verbanden:
5.Schroef het cappuccinomondstuk weer vast.
PRODUCTIE VAN WARM WATER
1.Draai, om het apparaat uit te schakelen, de
functiekeuzeknop in de stand (fig. 4).
2.Zet een kannetje onder het cappuccinomondstuk:
3.Zet, wanneer het controlelampje OK weer oplicht, de
functiekeuzeknop in de stand (fig.8) en draai de
stoomknop tegelijkertijd tegen de wijzers van de klok
in (fig.18): het warme water loopt uit het
cappuccinomondstuk;
4.Draai, om de afgifte van warm water te
onderbreken, de stoomknop in wijzerzin en zet de
functiekeuzeknop in de stand “O” (fig.14).
REINIGING EN ONDERHOUD VAN DE
FILTER
1. Voordat reinigingswerkzaamheden worden
uitgevoerd, dient het apparaat afgekoeld en
losgekoppeld te zijn van het elektriciteitsnet.
2. Gebruik voor de reiniging van het apparaat geen
oplosmiddelen of schurende reinigingsmiddelen.
Het is voldoende om een vochtige en zachte doek
te gebruiken.
3. Verwijder het drupbakje, ledig het en was het
regelmatig.
4. Reinig het waterreservoir regelmatig.
5. Controleer regelmatig of de gaatjes van het filter
voor espressokoffie niet verstopt zijn. Reinig ze in
dat geval met behulp van een naald (zie fig. 20).
28