GEBRUIKSAANWIJZINGEN
NL
Om vertrouwd te raken met het gebruik van het apparaat, wordt de
eerste keer zorgvuldig te werk gegaan volgens de aanwijzingen
beschreven in de volgende paragrafen.
4 VOORBEREIDING VAN HET KOFFIEZETAPPARAAT
4.1 VULLEN VAN HET WATERRESERVOIR
•Verwijder het waterreservoir (fig. 1), spoel het en vul het met fris water,
zonder de lijn MAX te overschrijden. Wanneer het waterreservoir uit
het apparaat wordt genomen, moet het cappuccinomondstuk altijd
naar het midden van het apparaat gericht zijn. Is dit niet het geval,
dan kan het reservoir niet worden verwijderd.
• Duw het waterreservoir helemaal in het apparaat.
4.2 VULLEN VAN HET BAKJE VOOR KOFFIEBONEN
•Open het deksel van het bakje voor koffiebonen (fig. 2).
•Vul het bakje met koffiebonen.
• Sluit het deksel.
LET OP: Om een slechte werking te voorkomen, doe nooit voorge-
malen koffie, oploskoffie, gekarameliseerde bonen of voorwerpen
in het apparaat, om schade te voorkomen.
4.3 EERSTE INWERKINGSTELLING
1. Controleer of het waterreservoir gevuld is en of de stekker van het stroom-
snoer in het stopcontact zit.
2. Verplaats het cappuccinomondstuk naar buiten toe, zet er een kopje
onder (fig. 3) en schakel de machine in door te drukken op de knop
(fig. 4).
3. ONMIDDELLIJK DAARNA; NA MAXIMAAL 30 SECONDEN de stoomknop
helemaal tegen de wijzers van de klok draaien (fig. 5) (het is normaal dat het
apparaat hier wat luidruchtig is).
4. Na enkele seconden komt water uit het cappuccinomondstuk. Wanneer
ongeveer 30cc water in het kopje is gelopen, draai de stoomknop een
halve toer in wijzerzin (fig. 6), om de waterafgifte te onderbreken.
5. Wacht tot de groene controlelampjes en ophouden met knippe-
ren en continu branden. Wanneer de groene controlelampjes knipperen,
betekent dit dat het apparaat aan het voorverwarmen is. Wanneer ze
continu branden, betekent dit dat de ideale temperatuur werd bereikt om
koffie te zetten – hoofdstuk 11 – punten 1 en 2).
(Net vóór de controlelampjes continu branden, voert het apparaat auto-
matisch een spoeling uit: er komt wat warm water uit de spuitmonden van
het afgifteblok, dat wordt opgevangen in het onderstaand druipbakje).
Tip: om een kleinere (minder dan 60 cc) en warmere espresso te bekomen,
wordt het kopje eerst gevuld met het warm spoelwater. Laat het water enkele
seconden in het kopje (alvorens het leeg te gieten) om het kopje voor te ver-
warmen.
6. Het apparaat is nu klaar om te worden gebruikt.
Fig.1
Fig.2
Fig.3
Fig.4
75