GEBRUIKSAANWIJZINGEN
NL
Fig.9
Fig.10
waaruit de koffie zal worden gedronken te vullen (en weer te ledigen), met de
bedoeling het voor te verwarmen.
2) Gebruik geen te dikke kopjes, omdat deze teveel warmte onttrekken aan de koffie,
tenzij ze voorverwarmd werden.
3) Gebruik voorverwarmde kopjes die onder warm water werden afgespoeld of
laat ze minstens 20 minuten op de verwarmplaat op het deksel van het apparaat
staan wanneer dit ingeschakeld is.
OPMERKING 4: Terwijl het apparaat koffie zet, kan de afgifte op om het even
wel moment worden onderbroken door te drukken op de eerder geselecteerde
knop (fig. 12) of (fig. 13).
OPMERKING 5: Net na de koffieafgifte en indien men de hoeveelheid koffie
wilt verhogen, volstaat het de eerder geselecteerde knop (fig. 12) of
(fig. 13) ingedrukt te houden tot de gewenste hoeveelheid is bekomen (dit moet
gebeuren binnen 3 seconden na de koffieafgifte).
OPMERKING 6: : wanneer het alar
m (hoofdstuk 12 – punt 1) continu
brandt, moet het waterreservoir worden gevuld om koffie te kunnen zetten. Het
waterreservoir kan alleen verwijderd worden wanneer het cappuccinomond-
stuk eerst naar het midden van het apparaat gericht is. (Wanneer het alarm
brandt, kan het zijn dat nog wat water overblijft in het waterreservoir).
OPMERKING 7: het apparaat telt de hoeveelheid gezette kopjes koffie. Na elke 14
gewone kopjes (of 7 dubbele), brandt het contr
olelampje continu hoofdstuk (12
– punt 3) om aan te geven dat het bakje voor koffiedik vol is. Maak het bakje leeg en
reinig het. Zolang het bakje voor koffiedik niet wordt gereinigd, blijft het controle-
lampje branden en kan geen koffie worden gezet. Voor de reiniging, open het dien-
stluikje vooraan door aan het handvat te trekken (fig. 15); het controlelampje
knippert (zie par. 12 punt 9); verwijder nu het druipbakje (fig. 16), ledig en reinig
het. Maak het bakje voor koffiedik leeg en reinig het, door alle restjes die zich op de
bodem hebben afgezet zorgvuldig te verwijderen. Droog ook eventuele druppels
condensvocht af aan de binnenkant van het apparaat en onder het druipbakje.
BELANGRIJK: wanneer het druipbakje wordt verwijderd, is het VERPLICHT het
bakje voor koffiedik leeg te maken, zelfs al is dit bakje niet helemaal vol. Doet u
dit niet, dan kan het bij het zetten van de volgende kopjes koffie gebeuren dat het
bakje voor koffiedik meer dan voorzien vult en dat het apparaat verstopt raakt
met schijven samengeperste koffie.
OPMERKING 8: met verloop van tijd kan het gebeuren dan de maalmessen
versleten raken en dat de koffie een andere smaak krijgt omdat de koffiebonen
grover worden gemalen.
Om dit te voorkomen, wordt de maalgraad aangepast met behulp van de relatie-
ve regelknop (fig.17), die een beetje tegen de wijzers van de klok in wordt
gedraaid zoals beschreven in hoofdstuk 6).
OPMERKING 9: wanneer het apparaat lange tijd niet werd gebruikt, wordt de
infusor gereinigd zoals beschreven in par. 10.2.
OPMERKING 10: wanneer het apparaat kof
fie afgeeft, wordt het waterreservoir
nooit verwijderd. Mocht dit toch gebeuren, dan slaagt het apparaat er niet meer in
koffie te zetten en knippert het controlelampje (water op). Wanneer u nog een
kopje wilt zetten, zal het apparaat rumoerig zijn en geen koffie afgeven. Om de
werking te herstellen, wordt de stoomknop helemaal tegen de wijzers van de klok
in gedraaid en wor
dt gedurende enkele seconden water afgegeven uit het cappuc
-
cinomondstuk.
Fig.11
Fig.12
77