103
ONDERHOUD EN REINIGING
Alvorens tot wat voor onderhoud of reiniging dan ook over te gaan, altijd eerst de stekker uit het
stopcontact trekken.
Reiniging
Dankzij de speciale laag waarmee de binnenkant van uw oven afgewerkt is,
deze laag voorkomt het aankleven van spetters en voedselresten, is het
schoonmaken een zeer eenvoudige zaak. Een vochtig sponsje met een beetje
schoonmaakmiddel is voldoende. Houd u ook het deksel uitgang microgolven
(C) vrij van vet en van vetspetters. Geen schuurmiddelen, staalwol of metalen,
puntige voorwerpen gebruiken bij het schoonmaken van de buitenkant van
de oven. Bovendien, let erop dat er geen water of vloeibaar
schoonmaakmiddel doorsijpelt in de openingen van het lucht- en
dampafvoerrooster dat zich aan de bovenkant van de oven bevindt.
Gebruik geen reinigingsmiddelen die ammoniak bevatten. Bovendien wordt
aangeraden geen spiritus, staalwol of schoonmaakmiddelen te gebruiken om de
oppervlakten aan de binnenkant en vooral aan de buitenkant van de deur schoon
te maken, teneinde schrappen en strepen te voorkomen. Om het correct sluiten van
de ovendeur te verzekeren, dient men altijd de binnenkant van de deur schoon te
houden, door te vermijden dat vuil en voedselresten tussen het deurtje en de
voorkant van de oven komen te zitten.
Regelmatig de luchtinganggaten aan de achterkant van de oven schoonmaken
opdat deze na verloop van tijd niet verstopt raken door stof en vuilafzetting.
Het zal af en toe noodzakelijk blijken de draaischijf (G) met zijn houder (H) uit de
oven te halen en schoon te maken, evenals de bodem van de oven.
De draaischijf en de bijbehorende houder wassen in water met een neutrale zeep (ze kunnen ook
gewassen worden in de afwasmachine).
Dompel de draaischijf niet in koud water na een lange verwarmingsperiode; de grote thermisch schok zou de schijf
kunnen doen breken. De motor van de draaischijf is verzegeld. Let u er echter op dat bij het schoonmaken van de
bodem van de oven er geen water onder de pin van de draaischijf (D) sijpelt.
C
• Het apparaat functioneert niet
• Condens op de kookplaat en aan de
binnenkant van de oven
• Vonken aan de binnenkant van de oven
• Het voedsel wordt niet voldoende
verwarmd
• Het voedsel brandt aan
• Het voedsel wordt niet gelijkmatig gaar.
• De ovendeur is niet helemaal gesloten
• De stekker zit niet goed in het stopcontact
• Het stopcontact levert geen electriciteit (de zekering van het electriciteitsnet
controleren).
• De knoppen zijn niet op de juiste manier ingesteld.
• Wanneer er etenswaren bereid worden met een hoog vochtgehalte, is het
volkomen normaal dat de damp die gevormd wordt binnenin de oven zich
als condens afzet aan de binnenkant van de oven en op de kookplaat.
• De oven niet aanzetten zonder etenswaren tijdens de bereiding met alleen
magnetron of met de gecombineerde functies.
• Geen aluminium schalen gebruiken in de magnetronoven, noch zakjes of
verpakkingen met metalen nietjes
• De juiste manier van bereiden kiezen of de bereidingstijd verlengen.
• Het voedsel was niet helemaal ontdooid vòòr de bereiding.
• De juiste manier van bereiden gebruiken of de bereidingstijd verkorten.
• Het eten omroeren tijdens de bereiding. Denkt u eraan dat het voedsel beter
gaar wordt, indien in gelijkvormige stukjes gesneden.
• De draaischijf wordt geblokkeerd.
probleem oorzaak/oplossing
Als het rijkt of iets niet goed functioneert…
In geval van storing, dient u zich tot de Tecnische Assistentie te wenden, in ieder geval, alvorens onze
technici te raadplegen, is het aan te raden de volgende kleine controles uit te voeren
Indien de ovenlamp het niet meer doet, kunt u zonder problemen de oven blijven gebruiken. Voor het
vervangen van de lamp dient u zich te wenden tot een bevoegd Assistentie Centrum.
NL 22-09-2000 10:40 Pagina 103