67
Wanneer iets niet werkt
PROBLEEM OORZAAK OPLOSSINGEN
De airconditioner
gaat niet aan
• er ontbreekt stroom
• de stekker zit niet in het stopcontact
• De veiligheidsvoorziening is in werking getre-
den.
• wacht
• steek de stekker in het stopcontact
• Neem contact op met het service-
centrum
De airconditioner
werkt, maar voor
korte duur
• de luchtafvoerslang is geknikt
• de luchtinlaat en de luchtuitlaat zijn verstopt
• de luchtafvoerslang is van het apparaat
losgeraakt
• plaats de afvoerslang correct
• controleer of er obstakels zijn
die de afvoer van lucht naar
buiten belemmeren
• verwijder de knikken
De airconditioner
werkt maar koelt
niet het vertrek
• het raam staat open
• in de ruimte bevindt zich een warmtebron
(brander, lamp, enz.)
• de afvoerslang is uit zijn zitting losgekomen
• verstopt luchtfilter
• het vermogen van de airconditioner is niet
aangepast aan de condities of afmetingen
van de ruimte
• sluit het raam
• neem de warmtebron weg
• steek de slang in zijn zitting
• reinig of vervang het filter
• reinig of vervang het filter
Vreemde geur in de
ruimte
• het luchtfilter is verstopt
De airconditioner werkt
niet gedurende 3
minuten na een
nieuwe start
• De veiligheidsvoorziening van het apparaat
is in werking getreden
• wacht tot 3 minuten verstreken
zijn
Het controlelampje
alarm (ALARM) L
gaat branden
• Het bakje in het apparaat is vol
• Leeg het bakje (zie de para-
graaf “Controles aan einde sei-
zoen” op pag. 66).
ZELFDIAGNOSE
Het apparaat is voorzien van een zelfdiagnosesysteem dat enkele storingen in de werking detec-
teert. De foutmeldingen verschijnen op de display van het apparaat.
OP DE DISPLAY VERSCHIJNT…
DIT BETEKENT:
de kamertemperatuur is te laag
OP DE DISPLAY VERSCHIJNT…
DIT BETEKENT:
de kamertemperatuur is te
hoog
OP DE DISPLAY VERSCHIJNT…
DIT BETEKENT:
wendt u zich tot het dichtstbij-
zijnde servicecentrum
“Low Temperature”
(lage temperatuur)
“High Temperature”
(hoge temperatuur)
“Probe Failure”
(defecte sonde)
NL